Definities van Zuidnederlands Woordenboek in de Ensie A
- alcool (alkool)
- algauw
- algelijk (allegelijk)
- alla (ala)
- alle
- allee
- alleenbouw
- alleenganger
- alleenverdeler
- allengerhand
- alleszins
- allumeur
- almeteen(s)
- als
- altijd
- alverman
- amadadokter
- amai (amaai)
- amateur
- ambetant (embetant)
- ambeteren (embeteren)
- ambitievol
- ambras
- ambrasmaker
- ambulancier
- amen
- amigo
- ammelaken
- amortisseur
- ancien
- andere
- anemiek
- angine
- animatie
- annexe
- annoncenblad
- annonceren
- anonimaat
- anorak
- antenne
- antigel
- antikwaar (antiquaar)
- apejaren
- appareil
- apparentement
- apparenteren
- apparentering
- appel
- appelaar
- appelsien
- appelspijs
- appendice
- appendicite
- apprentie (apparentie)
- aprilvis
- archi
- arduin
- arrangeren
- arrè (arè, arra)
- arrest
- arrivee
- arriveren
- arrondissement
- arrondissementeel
- arsenaal
- artisanaal
- artisanaat
- asbaan
- asse
- assemblee
- assisen
- assisenhof
- assistent
- associé
- assorteren
- ast
- atelier
- atheneum
- attache
- auditeur-generaal
- auditoraat
- autobus
- autocar
- autocontrole
- autodroom
- autoschool
- autostop
- autostopper
- autostrade
- autovignet
- autovoerder
- autozoektocht
- avance (veelal avans)
- averechtse
- avondmalen
- azen