Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Bekend

betekenis & definitie

bn. (-er, -st),

1. kennis hebbende van; — ergens goed bekend zijn, er de weg weten; — met iets bekend worden, het vernemen, er kennis van krijgen;
2. gekend wordende, openbaar: het is bekend, wie de dader is ; — het is algemeen bekend, ieder weet (het); — naar de bekende weg vragen, vragen naar iets dat men al weet;
3. niet vreemd voor iem. of voor een aantal personen; hij komt mij bekend voor, ik meen hem te herkennen, moet hem al eens gezien hebben ; — zich bekend maken {aan), zeggen wie men is; — bekend met iem. ivorden, kennis met hem maken ; — bekend zijn als de bonte hond, overal ongunstig bekend staan; bekend staan voor of als —, veelal aaneengeschreven (zie beneden) ; hij is bekend, men weet al, wie hij is ; (ook) hij is vermaard ; een bekend schrijver, die velen kennen; — een bekende stem horen, een stem die men herkent.