Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 18-10-2023

WILLEM VAN TYRUS

betekenis & definitie

de belangrijkste geschiedschrijver der Kruistochten (kort vóór 1130 Italië, na 1184), was uit Westerse ouders geboren in het Heilige Land en opgevoed in Italië of Frankrijk. Ca 1160 teruggekeerd naar Palestina, werd hij aartsdiaken van Tyrus, kanselier van het koninkrijk Jeruzalem (1170) en leermeester van de latere koning Boudewijn IV, ten slotte in 1175 aartsbisschop van Tyrus.

Hij ondernam gezantschapsreizen naar Byzantium en naar de paus. Door zijn tegenstanders belaagd en door de patriarch van Jeruzalem Heraclius geëxcommuniceerd, vertrok hij in 1182 of 1183 naar Rome. In Italië is hij overleden, wellicht vergiftigd op last van Heraclius. Hij was een man van hoge cultuur, kenner van Grieks, Arabisch en andere Oosterse talen.Hij schreef een geschiedenis van de Arabieren, Historia de gestis orientalium principum, die verloren is gegaan, evenals zijn relaas van het Lateraanse Concilie van 1179, dat hij had bijgewoond. Bewaard is zijn geschiedenis van de Kruistochten en Kruisvaardersstaten over 1095-1184, begonnen in 1169: een goed gecomponeerd, met begrip en inzicht geschreven geschiedverhaal, geenszins een kroniek. Voor het begin is veel ontleend, maar met oordeel, aan oudere schrijvers; voor de eigen tijd berust het op persoonlijke kennis en ervaringen. Een Franse vertaling en voortzetting uit de 13de eeuw is bekend als de Estoire d'Eracles. Ook bestaat een Latijns vervolg van het werk over 1185-1192, eveneens met latere toevoegingen.

DR A. G. JONGKEES

Bibl.: Historia rerum in partibus transmarinis gestarum (ook genoemd Historia Hierosolymitana of Belli sacri historia), in: Recueil des hist. des Croisades, Hist. Occid. I (1844), en in: Migne, Patr. Lat. CCI (1903) ; Eng. vert, met belangr. commentaar door E. A.

Babcock en A. C. Krey (2 dln, 1945); M. Salloch, Die lat. Fortsetzung Wilh. v. T. (1934)

Lit.: H. Prutz, Studiën über Wilh. v. T. (in: Neues Archiv VIII, 1883); H. v. Sybel, Gesch. des 1. Kreuzzugs (2de dr. 1881), blz. 108142; G. Dodu, Hist. des inst. monarch, dans le Royaume lat. de Jérus. (1894), blz. 2-12; A.

Molinier, Les sources de l’hist. de France (1904 vlg.), II nr 2187, III nr 2303; J. de Ghellinck, L’essor de la litt. lat. au XIIe s. (1946), II, blz. 122 vlg.; S. Runciman, Hist. of the Crusades II (1952), en Babcock en Krey (z Bibl.).

< >