Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 23-01-2023

DOOIJEWAARD, Jacob

betekenis & definitie

Nederlands schilder (Amsterdam 12 Aug. 1876), genoot onderwijs aan de Quellinusschool, beëindigde de Rijksnormaalschool voor Tekenonderwijs en gaf lessen aan de Avondschool van de Volksbond en de school voor Kunstambachten. Hij portretteerde zijn familie en wat Amsterdamse straatgezichten.

Spoedig kreeg hij een eigen atelier en werkte daar samen met Langeveld, Van der Ven, Meelis e.a. Ca 1900 begint in zijn werk de invloed van Jacob Maris zichtbaar te worden, doch in zijn portretkunst verloochent hij zijn voorliefde voor nauwgezette tekening en stofuitdrukking niet, die hij door zijn studie van de Oudduitse meesters (Holbein, Balthasar Dinner) nog vervolmaakte (portret van zijn moeder reeds uit 1897). Een tijdlang beoefende hij, om fijne morgen- en avondstemmingen weer te geven, het pointillisme. Hij leerde te Laren de sfeer van Neuhuys kennen en schilderde landschap en boerenleven in Limburg, Brabant en de Veluwe. Van invloed bleek zijn langdurig contact met de Amerikaanse schilder William Singer, met wie hij naar Noorwegen reisde. Eveneens bezocht hij Amerika. Van 1940-1945 verbleef hij in Noorwegen bij de Singers. Hij schildert portret, landschap (Noorse stadsgezichten en bergstukken bij morgengloren en avonddoom), interieurs met figuur, stillevens, bloemstukken.Tot zijn fraaiste stukken behoren de gestalten van oude en jonge Noorse oorlogsvluchtelingen en zijn kinderportretten. Zijn werk bevindt zich o.a. in het Museum te Barcelona.

Lit.: A. Plasschaert, J. D. en zijn Amsterdamsche periode (A’dam 1937); R. W. P. de Vries Jr, J. D. en zijn werk (serie „Vorm en kleur” 3, Bussum 1947).

< >