kroniekschrijver, eigenlijk Valerius Rüd (Rottweil in Zwaben 1475 - Bern 1546 of 1547), studeerde van 1493-1495 te Krakau en vervolgens te Tübingen tot 1499. In 1501 bevond hij zich te Lyon en in 1504 vestigde hij zich te Bern.
Hier werd hij in 1505 tot schoolmeester en in 1509 tot stadsarts benoemd. Hij sloot zich zeer vroeg bij de Reformatie aan en trad in vriendschappelijke betrekkingen met Zwingli en Vadianus. Zo kreeg hij moeilijkheden met de Rooms-Katholieke overheid der stad Bern in 1525 en trok zich te Rottweil terug. Hier werd hij opnieuw als protestant vervolgd en keerde naar Bern in 1528 terug, nadat de Reformatie aldaar officieel ingevoerd was. Het volgend jaar werd hij met het opstellen van een kroniek der stad belast, waaraan hij dan ook tot zijn dood werkte. Deze Duitse kroniek, waarvan de handschriften in de stadsbibliotheek van Bern bewaard worden, behandelt de jaren 1474-1536 en bevat in de inleiding een overzicht van de geschiedenis der vorige eeuwen.
Zij is een belangrijke bron niet alleen voor de geschiedenis der stad zelf, maar ook voor die van Zwitserland gedurende hetzelfde tijdperk. Een eerste uitgave, bezorgd door E. Stierlin en J. R. Wyss, verscheen te Bern, in 6 dln van 1825-1833; de tweede eveneens in 6 dln, publiceerde E. Blösch te Bern, van 1884-1901.
Dit werk is in de geest der hervorming en onder de invloed van het humanisme geschreven. Von Ranke beschouwt het als een der beste onder de oude kronieken. Anshelm schreef ook in het Latijn een korte algemene geschiedenis, in 1540 bij Apiarius te Bern verschenen; zijn kroniek echter verschafte hem zijn roem.DR JULES LAMBERT
Bibl.: uitgebr. inleiding van Blösch in het 6de deel (1901) van zijn uitgave der kroniek, en Dictionnaire historique et biographique de la Suisse, deel I (Neuchâtel 1921).
Lit.: E. Fueter, Gesch. der neueren Historiografie, 2. Aufl. (München-Berlin), pag. 213-217.