(Italiaans Spalato), ligt op een schiereiland aan de Adriatische kust aan de voet van de Berg Marjan (178 m), is de belangrijkste handels- en oorlogshaven van Dalmatië, behoort tot de Joegoslavische volksrepubliek Kroatië en telt (1952) 51.000 inw., vnl. Servo-Kroaten.
Het heeft een spoorwegverbinding met Zagreb, bootlijnen naar Rijcka (Fiume) en Dubrovnik en in het seizoen luchtverbindingen. De nijverheid bestaat uit wijn-, olijven- en graanbouw en hout-, cement- en marmerexport. Split heeft een rijk archaeologisch museum, enige andere musea, een kunstgalerij en een opera. De stad is ontstaan uit het paleis van keizer Diocletianus, dat thans nog het centrum van de stad vormt.Diocletianus bouwde het paleis (lang 180 m, breed 212 m) vóór zijn aftreden als keizer (303) en woonde er ca tien jaar. Het verviel na zijn dood, maar werd in 639, toen de Avaren het nabij gelegen belangrijke Romeinse Salonae hadden verwoest, door de bewoners van die stad betrokken. Zij bouwden in het als
een Romeinse legerplaats aangelegde paleis hun huizen en gebruikten de gangen en hoven als straten en pleinen, waardoor het bouwwerk in grote lijnen voor ons werd bewaard. Het paleis lag met de zuidzijde aan de zee; er is later een boulevard aangelegd, nadat de zee een brede aanslibbing had doen ontstaan. De poorten bestaan nog voor een groot deel; de prachtige gouden poort is thans gesloten, terwijl de koperen en zilveren poort nog worden gebruikt.
Het mausoleum van Diocletianus is thans kathedraal (later van een campanile voorzien), de tempel van Aesculapius is doopkapel, het vestibulum en een zuilengalerij dienen als voorplein van de kathedraal. Vooral hier zijn de Romeinse bogen en versieringen met Venetiaanse en andere stijlen vermengd. Zo vormt het paleis nog steeds een levend bestanddeel in Split, dat zich later naar de drie landzijden uitbreidde. Architectonisch is het paleis van belang door enige stijlverschijnselen; het is een vroeg en rijk voorbeeld van de wijze, waarop de Romeinen de bogen meteen lieten aansluiten op de zuilen, welke laatste bij vroegere Romeinse werken op de architraaf rustten. Deze is in het paleis nog wel aanwezig, maar alleen als ornament.
Na de inbezitneming van het paleis werd Split in 659, toen nog Spalato geheten, een bisschops-, korte tijd later een aartsbisschopsstad. In 1105 werd zij een vazal van Hongarije, in 1327, na een revolutie, van Venetië, in 1327 opnieuw van Hongarije. Later regeerde de Bosnische prins Hrvoje er. Het zelfstandige bestaan eindigde in 1420, toen Spalato aan Venetië kwam. De Fransen heersten er onder Napoleon in 1813; nadien was er een Oostenrijks bewind tot 1918. Na een korte Italiaanse periode kwam de stad in 1919 aan de nieuw gevormde Joegoslavische staat.
Bij opgravingen in Salonae (tegenwoordig Solim) zijn vele vondsten gedaan en o.a. een amphitheater, thermen, een begraafplaats van de eerste Christenen en een basiliek blootgelegd.
Lit.: F. Bulic, Kaiser Diokletians Palast in S. (Zagreb 1929).