(d.i. Hiëronymus), beroemd Italiaans Dominicaan (Ferrara 21 Sept. 1452 - Florence 23 Mei 1498), stamde uit een familie van artsen.
Nadat een Strozzi op een beledigende wijze geweigerd had met hem te huwen, trad hij in 1475 in het klooster der Dominicanen te Bologna. Hij voltooide zijn theologische vorming te Ferrara en werd in 1481 overgeplaatst naar het klooster van San Marco te Florence. Daar predikte hij nog zonder veel succes, doch in de volgende jaren maakte hij elders naam door zijn indrukwekkende sermoenen. In 1490 hervatte hij op uitnodiging van Lorenzo de’ Medici (il Magnifico), daartoe aangespoord door Pico della Mirandola, zijn prediking te Florence. Hij geselde op heftige wijze de misbruiken van de kerk en de verdorvenheid der groten en voorspelde hemelse straffen.Begin 1492 vatte Savonarola het plan op de oorspronkelijke Dominicaner regel in zijn klooster in ere te herstellen. Weldra scheurde het klooster van San Marco, als gevolg van het verzet waarop het stuitte, zich af van de orde. De Dominicanen van Fiesole, Prato en Pistoja volgden de hervormingsbeweging, die door de Medici ondersteund werd en waaraan paus Alexander VI (Borgia) in een bul van 2 Mei 1493 zijn goedkeuring hechtte. De Medici zagen in de uitbreiding van deze kloosterbeweging een middel om de invloed van Florence in Toscane te verstevigen.
Toen Karel VIII van Frankrijk in 1494 in Italië binnenrukte, werd hij door Savonarola in profetische sermoenen begroet als de door God gezonden hervormer, die Italië kwam bestraffen en weder opwekken. Na de val der Medici ijverde Savonarola voor een democratische regeringsvorm, onder het koningschap van Christus, in Florence. Vier jaren lang oefenden hij, als geïnspireerd profeet, en zijn aanhangers (de Piagnoni: weners) een dictatoriaal bewind uit, fel bestreden door de aristocratische partij, de Arrabbiati (verwoeden). Maar de politieke hervorming was voor hem slechts een onderdeel van de algemene zedelijke, religieuze en kerkelijke vernieuwing die hij nastreefde.
Hij organiseerde ploegen jonge lieden die toezicht moesten uitoefenen op de zedelijke levenswandel van de Florentijnen, hij keerde zich tegen alle nutteloze weelde in de kleding en liet een menigte profane boeken en kunstwerken op brandstapels werpen, waarbij de Piagnoni vaak verder gingen dan hem lief was. Paus Alexander VI deed Savonarola 12 Mei 1497 in de ban, maar durfde geen verdere maatregel treffen zolang Karel VIII, de beschermer van Savonarola, meester was in Italië. Zodra de Franse koning met de Liga een bestand gesloten had werd Savonarola, die zijn invloed op de Florentijnen had zien verminderen, gevangen genomen (Apr. 1498) en beschuldigd van rebellie tegen het pauselijke gezag. Zijn proces waaraan Florentijnse rechters en twee afgezanten van de paus deelnamen liep uit op de terdoodveroordeling van Savonarola. Op 23 Mei 1498 werd hij, met twee trouwe medestanders, gewurgd en vervolgens verbrand op de Piazza della Signoria te Florence.
Savonarola kwam ten val omdat hij gepoogd had aan de Italianen der 15de eeuw een levensopvatting op te dringen die door de evolutie voorbijgestreefd was. Het nageslacht maakte van hem beurtelings een profeet en een martelaar, een verdediger van de republikeinse vrijheden, een voorloper van Luther, en een apostel van de verzoening tussen wetenschap en geloof. De geestdrift die hij wekte is voor een deel toe te schrijven aan de weerklank die hij vond bij de minder gegoede klassen en aan zijn houding tegenover Karel VIII, in een stad, die traditioneel Fransgezind was. Savonarola meende ten onrechte dat hij gevolgd werd door een groot blok van trouwe aanhangers. In werkelijkheid diende men hem of bediende men zich van hem, naar gelang men er belang bij had of niet. Savonarola is in zekere zin het slachtoffer geworden van zijn illusies. Zijn sermoenen, door zijn navolgers opgetekend, behoren tot het beste proza dat in het Italië van de tweede helft der 15de eeuw is geschreven.
Bibl.: Zie bibliografie in Bibliotheca Savonaroliana (Firenze 1898); uitgave van de sermoenen door F. Cognasso en R. Palmarocchi, Prediche di Fiorentini (Firenze 1930-1935); A. de Rians ed., Trattato circa il regimento e governo della città di Firenze (Firenze 1847); bloemlezing en bibliografie door M. Ferrara, Prediche e scritti (Milano 1930); uitg. der brieven door R. Ridolfi, Le lettere di G. S. (Firenze 1933); nieuwe uitg. door id. (Firenze 1952, bij het vijfde eeuwfeest van S.’s geboorte).
Lit.: P. Villari, La storia di G. S. e dei suoi tempi (2 dln, 1859-1861; nuova ed. 1887-1888); L. Ranke, S. und die florentinische Republik (in: Hist.-biogr. Studien, 1878, blz. 181-232); J. Schnitzer, S. ein Kulturbild aus der Zeit der Renaiss. (2 dln, 1924); R.
Ridolfi, Studi Savonaroliani (1935); J. N. Bergkamp, S. in the Light of Modern Research (in: Catholic Hist. Rev. V, 1925, blz. 369-406); M. Ferrara, S. (2 dln, 1952, m. uitvoer. bibl.).