of Joachaz (Hebreeuwse eigennaam: „Jahwe houdt vast”).
1.Joahazvan Israël volgde Jehu op als koning van Israël. Onder zijn regering bereikte de inval der Arameeërs, geleid door koning Hazaël, in het noordelijke rijk zijn hoogtepunt. Israël werd tot een volledige ontwapening gedwongen. Terzelfder tijd vielen de Filistijnen, de Ammonieten en Tyrus Israël aan. De profeet Amos zinspeelt waarschijnlijk op deze beproevingen van het noordelijke rijk. Chronologie: 815-799 (RFruin), 820-804 (A. van Hoonacker).
2.Joahaz van Juda, Josia’s tweede zoon, volgde zijn vader op en streefde zijn oudere broeder Jojakim voorbij (609 of 608). Misschien ten gevolge van het verraad van zijn broeder werd hij door de pharao Necho (Nechao) gevangengenomen. Hij heeft slechts drie maanden geregeerd.
Lit.: P. Heinisch, Geschichte des A. T.s (Bonn 1950).