Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 04-07-2022

Jan (polen)

betekenis & definitie

naam van enige koningin van POLEN, o.a. :

Jan II Kasimir

(21 Mrt 1609 - Nevers 16 Dec. 1672; regeerde van 1648-1668) was eerst Jezuïet en kardinaal te Rome, maar werd in 1646 door de paus van zijn geestelijke geloften ontslagen en volgde in 1648 zijn oudere stiefbroeder Wladislaus IV op. Hij huwde zijn schoonzuster Louise Maria van Gonzaga. Ofschoon hij in het begin van zijn regering de strijd had aan te binden tegen de Kozakkenhetman Ghmielnicki en naderhand ook met de Russen, hield Jan II zijn hoofdaandacht op de strijd tegen de Zweden gevestigd. Uit deze oorlog zij hier alleen de heldhaftige verdediging van het beroemde Czestochowa-klooster door de prior Kordecki vermeld. Jan II voerde de ongelukkige Noordse Oorlog van 1655-1660 tegen Karel X Gustaaf van Zweden (slag bij Warschau 28-30 Juli 1656), waarin hij de souvereiniteit over de Grote Keurvorst van Brandenburg als hertog van Pruisen moest opgeven (z Frederik Wilhelm I, Verdrag van Wehlau 1657), mede daardoor echter Dantzig behield en bij de vrede van Oliva slechts Lijfland aan Zweden behoefde af te staan. De oorlog met Rusland eindigde in 1667 met de nadelige Vrede van Androessow, waarbij Polen de Oekraïne afstond.

In het volgende jaar deed Jan Kasimir afstand en begaf zich naar Frankrijk. Gedurende zijn regering werd aan de leden van de Sejm het liberum veto verleend, waardoor practisch ieder lid zijn veto kon uitspreken over bij meerderheid van stemmen genomen besluiten. In godsdienstige aangelegenheden keerde Jan zich scherp tegen de Protestanten.

Jan IIl Sobieski

(Olesko, in Galicië, 2 Juni 1624 - Willanow 17 Juni 1696; regeerde van 1674-1696) was de jongste zoon van de burchtheer van Krakau en speelde vóór zijn koningschap op militair gebied in Polen reeds een belangrijke rol, o.m. in de strijd tegen de sultan van Turkije, van wie hij ondanks verschillende nederlagen en gebiedsverlies, twee derde van de Poolse Oekraïne terug kreeg.

Jan Sobieski stond sterk onder invloed van zijn vrouw, Marie Kasimira Louise, een dochter van de markies Lagrange d’Arquin en weduwe van de woiwode Johan Zmoiski. Deze Marie Kasimira had een oude wrok tegen Lodewijk XIV en zij intrigeerde als koningin van Polen tegen haar vroegere landgenoten. Lodewijk XIV spaarde echter geen geld om de Poolse koning en adel aan zijn kant te krijgen en was er op uit, vrede tussen Polen en de Porte te bewerkstelligen (Vrede van Constantinopel, Mrt 1678) ten einde beide bondgenoten tegen de keizer te doen oprukken. Maar het Turkengevaar was voor de Polen te sterk en in 1683 trok Jan Sobieski op om de Turken het beleg voor Wenen te doen opbreken. Hun leger was 300 000 man sterk en stond onder leiding van de vizier Kara Mustafa. Dit gelukte 12 Sept. door de beroemde slag bij de Kale Berg te Wenen.

Na deze slag trokken zij naar Hongarije terug. Ze werden nog eens bij Parkan verslagen. Uit dankbaarheid over deze slagen, de Turken toegebracht, verleende paus Innocentius XII de Poolse koning de titel van defensor fidei (verdediger des geloofs). Hierdoor geldt Jan III Sobieski als een der voornaamste Poolse nationale helden, ofschoon zijn regering verder weinig succesvol was en het koninklijk gezag meer en meer overwoekerd werd door dat der grote edelen. Hij werd opgevolgd door Augustus II de Sterke.

Lit.: Du Hamel de Breuil, Sobieski et sa politique (1674— 1683) (1894), Waliszewski, Marysienka, reine de Pologne, femme de Sobieski (1898); Otto Forst de Battaglia, Jan Sobieski, König von Polen (Zürich 1946).

< >