is de naam van een vorstelijk Italiaans geslacht. Ludovico maakte 16 Aug. 1328 een einde aan de langdurige strijd tegen het geslacht Bonacossi om de heerschappij te Mantua, door Passerino de Bonacossi te vermoorden en zijn aanhangers te verbannen.
Hij werd capitano van Mantua, door keizer Lodewijk van Beieren in zijn gezag bevestigd en tot keizerlijk vicaris benoemd, zodat zijn geslacht in het bezit bleef der stad, sedert 1432 (Francesco II) met de titel van markgraaf en sedert 1530 met die van hertog, tot in 1706. Federigo I (gest. 1484) diende o.a. onder Bona van Savoye en Lorenzo de’ Medici, en verdedigde de rechten der Este’s tegen de paus en Venetië. De bekendste is Francesco III (1484-1519) die, gehuwd met Isabella d’Este, zijn hof tot een centrum van kunst en cultuur maakte. Als generaal stond hij tijdelijk in dienst van Venetië en van paus Julius II en versloeg de Fransen onder Karel VIII bij Fornovo(1495).
Later nam hij, als lid van de liga van Kamerijk, deel aan de strijd tegen Venetië. 25 Dec. 1627 stierf Vincenzo II kinderloos, waardoor Mantua kwam aan Karel van Gonzaga en Nevers, hertog van Rethel (gest. 1637). Deze was de zoon van Lodewijk van Gonzaga (1539-1595), de stichter van de Franse tak der familie, doordat hij van zijn tante Anna d’Alençon belangrijke gebieden in Frankrijk erfde en dan ook aan het hof van koning Hendrik II leefde. Hij was een der medeschuldigen aan de Bartholomeusnacht. Na het kinderloos overlijden van Ferdinand-Karel werd het hertogdom in 1708 door Oostenrijk geannexeerd.Lit.: S. Brinton, The G., lords of Mantua (London 1927).