(Schönbrunn bij Wenen 18 Aug. 1830 - 21 Nov. 1916), keizer van OOSTENRIJK (1848-1916), koning van HONGARIJE (18671916), was de oudste zoon van aartshertog Frans Karel en prinses Sophie, een dochter van Maximiliaan, koning van Beieren, en volgde zijn oom Ferdinand I 2 Dec. 1848 in volle revolutietijd op. In Italië bleef zijn veldheer Radetzky baas, maar tegen Hongarije moest hij de hulp van Rusland inroepen.
In Duitsland gelukte het, als gevolg van datzelfde bondgenootschap met Rusland, de oude Duitse Bond te herstellen (Ollmützer Punktationen, 1850). Door de intrekking van de geoctroyeerde constitutie van Kremsier werd het absolutisme in het binnenland volkomen hersteld (1851). Toen echter door zijn weifelende houding in de Krimoorlog de verstandhouding met Rusland slecht werd, verloor hij in de Italiaanse oorlog van 1859 tegen Frankrijk en Sardinië Lombardije en eindelijk in de Oostenrijks-Pruisische oorlog van 1866 alle invloed in Duitsland, benevens Venetië. Persoonlijk droeg Frans Jozef niet weinig schuld aan het uitbreken van deze catastrofale oorlogen. Nu moest tot het constitutioneel systeem worden teruggekeerd (1861) en een overeenkomst op grond van zelfbestuur met de Hongaren worden gesloten (z Ausgleich 1867). Aan deze regelingen heeft keizer Frans Jozef zich voortaan stipt gehouden, ofschoon de parlementaire verhoudingen in het Cis-Leithaanse gedeelte van zijn rijk zo bleven, dat zijn wil daar beslissende kracht behield. In Hongarije verzette hij zich met succes tegen de invoering van de Hongaarse commandotaal in het leger. Op het gebied van de buitenlandse politiek hield hij, na een korte poging een revancheoorlog tegen Pruisen voor te bereiden (1866-1870, z Beust), vast aan het defensieve bondgenootschap met het Duitse rijk van 1879. Tegenover de andere bondgenoot, Italië, stond hij sceptisch, evenals tegenover Rusland ondanks sommige perioden van toenadering (z Driekeizerentente). Toch heeft hij zich altijd krachtig verzet tegen pogingen een preventieve oorlog te ontketenen. In Wereldoorlog I ging hij met een bezwaard hart, ook al was hij van oordeel, dat Oostenrijk-Hongarije zich ter wille van zijn bestaan geen verdere „uitdagingen” kon laten welgevallen.Als mens was keizer Frans Jozef een correct, nuchter, bekrompen man. Zijn huwelijk met Elizabeth van Beieren (sedert 1854) was ongelukkig. Zijn enige zoon, kroonprins Rudolf, maakte in 1889 door zelfmoord een eind aan zijn leven.
DR J. S. BARTSTRA
Lit.: Schnitzer, F. Joseph I und seine Zeit (2 dln, 1898); Fournier, Oesterreich-Ungarns Neubau unter Kaiser F. Joseph I (1917); Jos. Schneider, Kaiser Fr. Joseph und sein Hof (40 ed. 1922); V.Margutti, Kaiser F. Joseph (2de ed. 1922); Otto Ernst, F. Joseph in seinen Briefen (1924); Tschuppik, F. Joseph I (1928); Joseph Redlich, Kaiser F. Joseph von Oesterreich (1928); H. v. Srbik, F. J. I Charakter und Regierungsgrundsätze, in Hist. Ztschr. dl. 144, blz. 509 v. (1931).