Nederlands philoloog (Gent 9 Jan. 1580 - Leiden 25 Febr. 1655), vervaardigde reeds in zijn jeugd Latijnse verzen, die onder de naam Theocritus van Gent in het licht zijn gegeven. Op 14-jarige leeftijd bezocht hij de academie te Franeker, om in de rechten te studeren, maar weldra ging hij naar Leiden, waar hij in 1603 op voordracht van Scaliger benoemd werd tot buitengewoon hoogleraar in de dichtkunst.
Later doceerde hij ook het Grieks; in 1609 werd hij gewoon hoogleraar. Zijn geschriften onderscheiden zich meer door elegantie dan door een grote geleerdheid en zij bestonden gedeeltelijk uit redevoeringen en gedeeltelijk uit verbeterde uitgaven van oude schrijvers, geschied- en staatkundige werken en scherpe en geestige hekelschriften. Zijn gedichten werden binnen weinige jaren in Nederland en Engeland 12 maal herdrukt en zijn Nederlandse verzen werden in het Duits en Frans vertaald. Hij was door zijn tijdgenoten om zijn kennis zeer geëerd. Voor de Nederlandse literatuur is hij van belang om zijn poëzie: hij schreef het eerst Nederlandse emblemata en verder nog Hymnus oft Lof-sanck van Bacchus (1614) en Lof-sanck van Jesus Christus (1615). Zijn in 1616 door P. Scriverius uitgegeven Nederduytsche Poemata tonen hem als een dichter, die het eerst poëzie in classicistische trant schreef en als zodanig was hij dus een voorloper van de 17de-eeuwse literatuur.Bibl.: uitgaven van klassieke schrijvers, o.a. Hesiodus, Aristoteles, Theophrastus, Horatius, Terentius, Seneca, Ovidius, Livius, Vergilius, Latijnse en Griekse poëzie: Poemata (1605 en herhaaldelijk herdrukt); Auriacus sive libertassaucia (1602); Herodes infanticida (1632); Iambi, partim morales, partim ad amicos (1602). Geschiedkundige werken: Rerum ad Sylvam Ducis atque alibi in Belgio aut a Belgis anno 1629 gestarum historia (1631); Operum historicorum collectio (1673).
Lit.: D. J. H. ter Horst, D. H. (Utrecht 1934); W. A. P.
Smit, De dichter Revius (Amsterdam 1928), blz. 44 e.v.; G. A. v. Es, Barokke lyriek van Protestantsche dichters in de 17de eeuw (Groningen 1946); Idem, in: Gesch. v. d. Lett. d. Nederl. IV, blz. 19 e.v.
D. J. H. ter Horst, De ,,Auriacus” van D. H. in: De Gids 1933 I, blz. 200-208; E. G. Kern, The Influence of H. and Vossius upon French Dramatic History (Baltimore 1949).