Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 28-12-2022

DAMASCEREN

betekenis & definitie

(1) een bewerking van ijzer en staal, ter vervaardiging van klingen en lemmets van bijzondere buigzaamheid en hardheid. De bewerking is genoemd naar de stad Damascus, welke stad reeds ten tijde van Nebukadnezar beroemd was door haar wapensmeden.

Voor deze bewerking worden lichte en donkerder ijzersoorten gebruikt, die tot halfgesmolten toestand worden gebracht en in die toestand nauw aaneengesmeed worden. Het voltooide werkstuk laat vloeiend, bladvormig of ander lijnenspel zien, naar de aard van de gebruikte plaat- en draadvormen. Na het smeden volgt behandeling met beits, waardoor de lichtere ijzersoorten (met nikkelbestanddelen) iets hoger blijven staan. Ten slotte wordt geslepen en gepolijst.

In het Oosten wordt deze kunstvolle bewerking nog heden ten dage beoefend. In Indonesië is zij bekend als „Pamor”.(2) sierende bewerking van brons en koper welke in de 12de, 13de en 14de eeuw o.a. in Damascus gebloeid heeft en zich vandaar naar Italië, Spanje, Perzië en Voor-Indië verspreidde. De werkwijze is als volgt: De voorwerpen worden met cirkelvormige of rechte lijnen gegraveerd (a.h.w. gearceerd). Dikwijls wordt tussen deze arcering blad- of bloemvormig ornament uitgespaard. De gravering wordt met goud- of zilverdraad in overeenkomstige lijnen en figuurtjes belegd en aangesmeed.

Een goedkopere nabootsing wordt vervaardigd door etsing van het koper en incrustering met tin.

(3). In de heraldiek is damasceren het versieren met arabesken of andere motieven of met zilver of goud om de eentonigheid van grote vlakken te breken. De kleur van de arabesken, die aan het essentiële van een wapen niets veranderen en niet zo mogen zijn, dat zij als zelfstandige stukken beschouwd zouden kunnen worden, is dezelfde als die van het gedamasceerde vlak, alleen iets donkerder.

Lit.: R. Ménard, Histoire artistique du métal (Paris 1881); L. Beck, Gesch. des Eisens I (1884) ; de Renesse, Dict. des figures héraldiques (7 dln, 1902); George C. M.

Birdwood, The Industrial Arts of India (2 dln, 1880, herdr. 1884, S. Kensington Mus. Arts Handbooks).

< >