was vroeger in Frankrijk en in Nederland de naam van onderscheidene ambtenaren bij gerechten en rekenkamers. Zo bestond de Rekenkamer van Holland in de 15de eeuw uit twee rekenmeesters, een auditeur en een klerk.
In NEDERLAND is de naam nog behouden in de titel auditeur-militair bij de krijgsraden der landmacht; deze titel was zeker in 1600 reeds in gebruik en bestaat thans nog. Deze titularissen nemen bij die colleges de functie waar van openbaar aanklager; hun werkzaamheden zijn geregeld in de Regtspleging bij de Landmagt, besluit van den Souvereinen Vorst van 20 Juli 1814 (Stbl. 85). Bij een krijgsraad in tijd van vrede wordt de auditeur-militair op gemeenschappelijke voordracht van de Ministers van Justitie en van Oorlog door den Koning benoemd, en, al dan niet op eigen verzoek, ontslagen. Hij mag geen militair zijn en moet de graad van doctor in de rechtswetenschap of in de rechtsgeleerdheid of de hoedanigheid van meester in de rechten bezitten. Bij een krijgsraad te velde geschiedt de aanstelling door den Koning (krachtens het Organisatiebesluit Rechtspleging te Velde van 23 Aug. 1944, Stbl. E 67 van ’s Koningswege door den Commanderenden Generaal); de auditeur-militair te velde kan wel militair zijn, doch moet ook bovengenoemde graad of hoedanigheid bezitten. Bij een temporaire krijgsraad wordt hij benoemd door den Commanderenden Generaal of Officier en is genoemde graad of hoedanigheid niet verplicht gesteld.
De auditeurs-militair zullen nasporen en bij de krijgsraden aanhangig maken alle strafbare feiten die tot de kennisneming van die krijgsraden behoren. Zij kunnen de nasporing opdragen aan de hulp-officieren van justitie en de opsporingsambtenaren. Zij hebben echter niet, zoals de officier van justitie, zelfstandige opsporings- en vervolgingsbevoegdheid. Wordt hun een strafbaar feit, begaan door een militair, aangebracht of bekend, dan melden zij zulks aan de tot verwijzing naar de krijgsraad bevoegde autoriteit (z verwijzingsofficier). Zij zijn voorts verplicht de bevelen van den Minister van Justitie en van den Advocaat-Fiscaal na te komen. In het bijzonder behoort tot hun taak het geven van advies aan de verwijzingsautoriteiten en, nadat een zaak naar de krijgsraad is verwezen, het aanvangen en vervolgen van de procedures voor die krijgsraad.
Tegen de vonnissen van de krijgsraad kunnen zij binnen acht dagen appèl aantekenen. Ook behoort tot hun taak de executie van de beslissingen en vonnissen en het toezicht op de provoosthuizen en op de behandeling der gedetineerden (z militaire rechtspraak).
MAJ. MR H. H. A. DE GRAAFF
In BELGIË bestaan vier permanente Krijgsraden en een permanent Krijgshof met vaste zetel, om de misdrijven te oordelen in eerste en tweede aanleg over dewelke zich de bevoegdheid van deze buitengewone strafgerechten uitstrekt.
De functie van Openbaar Ministerie bij de Krijgsraden wordt waargenomen door een magistraat, die de titel draagt van Krijgsauditeur of Auditeur Militair. Deze wordt benoemd en afgezet door den Koning, die meestal een lid van de gewone staande magistratuur tot het uitoefenen van die functie aanwijst. De vereiste voorwaarden ter benoeming zijn: leeftijd van ten minste 30 jaren en bezit van de graad van doctor in de rechten. De Krijgsauditeur kan zich in zijn werkzaamheden laten bijstaan door een of meer Substituten-Krijgsauditeur. Ze worden eveneens benoemd en afgezet door den Koning, en moeten minstens 25 jaar oud en doctor in de rechten zijn. De Krijgsauditeur en de Substituten dragen het militair uniform van hoger officier; ze worden in graad gelijkgesteld met die van kolonel en majoor, en hebben recht op de in het leger verschuldigde eerbewijzen.
Bij het Krijgshof, dat zijn vaste zetel heeft te Brussel, en dat in laatste aanleg en soms in eerste en laatste aanleg zijn arrest velt, wordt de zetel van het O.M. bekleed door den Auditeur-Generaal. Hij wordt benoemd en afgezet door den Koning, en moet minstens 35 jaar oud zijn en doctor in de rechten. Hij draagt het militair uniform van generaal en ontvangt de eerbewijzen in het leger aan die graad verschuldigd. De Auditeur-Generaal heeft een of meer Substituten die hem bij het vervullen van zijn taak ter zijde staan en hem soms vervangen. Dezen moeten minstens 30 jaar oud zijn en doctor in de rechten, worden benoemd door den Koning die hen ook afzetten kan, dragen het militair uniform en worden aan de graad van hoger officier geassimileerd.
Overeenkomstig de algemene principes volgens dewelke de functie van O.M. wordt uitgeoefend, behoren de leden van het auditoraat tot een rang-opvolgend lichaam; met andere woorden: de leden zijn gehoorzaamheid verschuldigd aan hun ambtelijke meerderen, zo de substituten van den Krijgsauditeur aan den Krijgsauditeur, en deze zelf aan den Auditeur-Generaal. Deze laatste controleert de werkzaamheden van de auditeurs en griffiers bij de Krijgsraden, de wijze waarop boeken en papieren gehouden worden, het hulppersoneel, de lokalen en in de grond al wat betrekking heeft op de administratie van het Krijgsgerecht. Hij deelt alle onregelmatigheden mede aan de Ministers van Justitie en Landsverdediging, en tevens stelt hij alle maatregelen voor, geschikt om de uitvoering der wetten te verzekeren.
De Auditeur-Generaal, de Auditeurs en hun Substituten oefenen terzelfdertijd de functie uit van opsporingsambtenaar, vervolgingsambtenaar en agent van onderzoek. Hun bevoegdheden komen grotendeels overeen met die van de Procureurs-Generaal en Procureurs des Konings bij de gewone strafgerechten.
MR W. DELVA.