Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 17-10-2024

AUDITOR

betekenis & definitie

wordt in het hedendaags R.K. kerkelijk recht genoemd:

1. de rechter van onderzoek bij de bisschoppelijke diocesane rechtbank; hij is belast met het dagvaarden en verhoren van getuigen en met het verdere voorbereiden van de behandeling der zaak ter terechtzitting; hij dient geestelijke te zijn;
2. de rechters in de Rota te Rome, het gewone gerechtshof voor de behandeling van zaken in hoger beroep; zij dienen priester te zijn en doctor in het canoniek en in het Romeins recht.

De naam auditor draagt ook een aan de apostolische nuntiatuur verbonden diplomaat, assistent en plaatsvervanger van den nuntius (uditore).

< >