Wat is de betekenis van auditeur?

2024-04-30
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

auditeur

Het begrip auditeur heeft 3 verschillende betekenissen: 1) lid van een auditoraat. iemand die voor zijn beroep bij een auditoraat of een auditoraat-generaal werkt; lid van een auditoraat; soms ook: auditeur-generaal. Wordt meestal specifieker gebruikt, zoals in betekenis 1.1, 1.2 of 1.3. 2) hoge ambtenaar bij financiën. i...

2024-04-30
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

auditeur

auditeur - Zelfstandignaamwoord 1. ambtenaar bij het auditoraat van de Raad van State 2. auditeur-generaal Woordherkomst Naamwoord van handeling van auditeren met het achtervoegsel -eur

2024-04-30
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Auditeur

[Fr., van Lat. auditor = toehoorder of rechter van instructie] 1 toehoorder; 2 (jur.) raadgevend bijzitter in gerechtshof; auditeur-militair, aanklager (ambtenaar van Openbaar Ministerie) bij krijgsraad van land- en luchtmacht; in België heet de hoogste militaire auditeur bij het Krijgshof auditeu...

2024-04-30
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Auditeur

bijzitter in gerechtshoven

2024-04-30
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Auditeur

bijzitter (in gerechtshoven); toehoorder

2024-04-30
Frans woordenboek (FR-NL)

Dr. F.P.H. Prick van Wely (1952)

Auditeur

toehoorder; bijzitter; auditeur; luisteraar.

2024-04-30
Duits woordenboek (DU-NL)

Dr. H. W. J. Kroes (1951)

Auditeur

auditeur.

2024-04-30
De Kleine Winkler Prins

Winkler Prins (1949)

Auditeur

oude naam van ambtenaren bij gerechten en rekenkamers in Ned., België en Frankrijk. Auditeur-Generaal, openbaar aanklager (jurist) bij het Belg. Krijgshof (Brussel), benoemd door de koning en in rang gelijkstaand met een generaal; bijgestaan door een of meer substituten. Auditeur-Militair, in Ned. openbaar aanklager bij krijgsraden der Landmac...

Wil je toegang tot alle 20 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-30
Kramers woordentolk

Jacon Kramers Jz (1948)

auditeur

(Fr.) m. toehoorder; raad en bijzitter ln gerechtshoven; ~ militair, openbaar aanklager bij een krijgsraad.