ook Wilhelmus Frederici (Frederiksis niet patronymicum maar achternaam), humanistisch persona personatus der Martinikerk te Groningen (Groningen ca 1455 - 3 Aug. 1527) was mag. artium en dr med., bevriend met Erasmus, Wessel Gansfort, Rud. Agricola.
Sedert 1485 geestelijke de gremio van St Maarten, werd hij in of voor 1489 aldaar persona of hoofdpastoor, met een gezag derhalve onmiddellijk grenzend aan dat van de bisschop van Utrecht. In 1513 bracht hij een nieuwe modus eligendi voor zijn ambtsopvolgers tot stand, waarin een neiging tot onafhankelijkheid van de bisschop te onderkennen is. Persoonlijk heeft hij een buitengewoon gezag in de stad en de Ommelanden verworven door zijn practisch politiek optreden in de verwarde periode der Vetkopers, met wie hij het meest hield, en Schieringers, terwijl de omstandigheden hem er toe brachten eerst met de beschermende macht van graaf Edzard van Oost-Friesland, vervolgens met Karel van Gelre mede te gaan. De persona was op theologisch terrein, hoewel tegenstander der ouderwetse Dominicanen, van minder betekenis dan op het politieke. Hij was trouw Rooms-Katholiek maar zeer critisch t.o.v. de feitelijke gebreken der kerk. Het godsdienstgesprek, op uitdaging van de prior der Dominicanen, in 1523 onder zijn voorzitterschap gehouden, wordt in zijn historiciteit tegenwoordig betwijfeld, zonder dat de illustratieve betekenis van de tekst dezer Disputatio, voor het eerst in 1525 gedrukt, daarmede vervalt.Lit.: W. Zuid erna, W. F., persona van Sint-Maarten te Groningen (1489-1525) en de Groninger staatkunde van zijn tijd (1888); Eibl. Reform. Neerl., VI (1909), 351-586; Reitsma-Lindeboom. Gesch. v. d.
Herv. en de Herv. Kerk (3de dr. 1949, 41-43).