Socialistische Sovjet-republiek in het Z.W. van Centraal-Azië, wordt in het Z. begrensd door Perzië, in het Z.O. door Afghanistan, in het O. door Oesbekistan, in het N. door Kazakstan en in het W. door de Kaspische Zee. Het gebied is groot 484800 km2 en telt (1939) i 254 000 inw., voor het merendeel Turkmenen.
De bevolking is vrijwel geheel Soennietisch Mohammedaans. Ca 80 pct van het gebied wordt ingenomen door de Karakoem, een rotsige woestijn met grote plekken zgn. zwart zand. In de Z. en O. grensgebieden beginnen de Centraal-Aziatische hooggebergten. De hoogste top is de Kopet Dagh (2220 m).Het klimaat is continentaal, met hete zomers en grote extremen in dag- en nachttemperatuur, maar met vrij milde winters. De belangrijkste rivieren zijn de Amoe Darja, de Moergab in het Z. en de Atrek op de grens met Perzië. Veeteelt is het traditionele bestaansmiddel van de Turkmenen, maar de landbouw is thans veel belangrijker. Deze wordt beoefend met behulp van irrigatie en er is een gebied van 353 000 ha in cultuur gebracht. Tarwe is het hoofdproduct, maar daarnaast is de teelt van katoen sterk opgekomen. De tuinbouw levert fruit, dadels, olijven, vijgen en groente. Er worden veel kamelen gehouden en gefokt. Tevens komt hier in groten getale het Karakoel-schaap voor. Uit de visrijke Kaspische Zee worden zalm, steur en haring naar boven gebracht. Sinds 1940 worden waterstaatkundige constructies gebouwd, die ten doel hebben de uitgestrekte woestijnen op den duur te bevloeien, waarbij vooral het water van de Amoe Darja wordt gebruikt. Uit geologische onderzoekingen is komen vast te staan, dat onder de aardoppervlakte uitgestrekte zoetwatermeren voorkomen en bronnen en reservoirs verschijnen in steeds groter aantal. Onderaards water wordt ook gebruikt om de waterwerken van Krasnowodsk aan de Kaspische Zee te voeden. Turkmenistan is rijk aan mineralen, w.o. olie, steenkool, zwavel en zout. De industrie is opgekomen in tal van nieuwe steden; chemicaliën, kleding, voedsel, cement en agrarische werktuigen worden thans geproduceerd. Het centrum van de oliewinning is de pas gestichte stad Nebit-Dag. De lengte van de autowegen bedraagt 10 000 km, die van de spoorwegen 1740 km.
De belangrijkste steden zijn de hoofdstad Asjchabad (Poltoratsk) met 126 600 inw. in 1939 en voorts Merw, Kerki, Tasjauz en Krasnowodsk. Er zijn een Turkmeense Academie voor Wetenschappen en een staatsuniversiteit, die beide in 1951 werden opgericht. De Turkmeense S.S.R. werd op 27 Oct. 1924 opgericht en trad in Mei 1925 tot de Unie van S.S.R. toe als een van haar constitutionerende republieken.