is in NEDERLAND het register, dat aangehouden wordt ter griffie van elke rechtbank, inhoudend de onherroepelijke veroordelingen wegens misdrijf en sommige overtredingen (bedelarij, landloperij en souteneurschap, en de overtreding van art. 453 vierde lid W.v.Sr. voorzover deswege de bijkomende straf van plaatsing in een rijkswerkinrichting is toegepast) van diegenen binnen het arrondissement geboren. Voor de buiten Nederland geborenen wordt het strafregister aangehouden ten departemente van Justitie.
Ten dienste der Justitie worden uittreksels uit de strafregisters gegeven. Ten behoeve van enig ander openbaar belang dan de Justitie kunnen inlichtingen uit de strafregisters worden verstrekt aan ambtelijke personen en colleges, bijv. aan burgemeesters i.v.m. het afgeven van een bewijs van goed zedelijk gedrag. In uitzonderlijke gevallen kunnen inlichtingen uit het strafregister gegeven worden zonder dat een der genoemde openbare belangen dit vergt, indien tenminste noch een openbaar, noch een particulier belang zich tegen het afgeven van inlichtingen verzet. Echter het geheime karakter van het strafregister brengt mede, dat men t.a.v. gegevens daaruit tot geheimhouding verplicht is, welke verplichting echter niet rust op de betrokkene zelf.
Het strafregister is ingesteld bij K.B. van 1896 en daarop berustende ministeriële circulaires. Het doel van het strafregister is zekerheid te waarborgen omtrent de vroegere veroordelingen van de betrokkene. In vroeger tijd gebruikte men daarvoor het inbranden van een S op de rug van de veroordeelde (dan liep de zaak met een sisser af, zoals men zeide).
De gegevens over de persoon van de vroeger veroordeelde vindt men in het Persoonsdossier.
Lit.: W. P. J. Pompe, Handb. v. h. Ned. Strafr., 3de dr. (Zwolle 1950), blz. 456-460.
In BELGIË wordt het strafregister onder de moderne vorm van steekkaarten aangehouden in het departement van Justitie (Centraal Strafregister). Het bevat al de onherroepelijke veroordelingen door Belgen of vreemdelingen in België opgelopen wegens misdaden, wanbedrijven, en overtredingen van het W.v.Sr., overtredingen wegens verkeer of dronkenschap, alsmede van de veiligheidsmaatregelen en terbeschikkingstellingen van de Regering. De wettelijke oorsprong berust bij art. 600, 601 en 602 W.v.Sv., waarbij de griffiers gehouden waren een register ter griffie aan te leggen waarin al de door de rechtsmacht, waaraan ze gehecht waren, uitgesproken veroordelingen in vermeld worden zodra ze in kracht van gewijsde zijn gegaan.
Een uittreksel van het vonnis of arrest van de definitieve veroordelingen wordt overgemaakt aan het Centraal Strafregister, bijgehouden in het departement van Justitie, terwijl een ander uittreksel overgemaakt wordt aan het gemeentebestuur waar de veroordeelde zijn wettelijke woonplaats heeft. Aan de gemeentebesturen wordt krachtens administratieve reglementen opgelegd een gemeentelijk strafregister bij te houden van al de inwoners der gemeente. Naar aanleiding van strafrechtelijke vervolgingen wordt aan de gerechtelijke overheid of aan zekere bestuurlijke overheden door de gemeentebesturen een „inlichtingsbulletin” afgeleverd met aan de keerzijde de vermelding van de voorafgaande veroordelingen. De vermeldingen van het „gemeentelijk strafregister” worden doorgaans vergeleken met deze van het „Centraal strafregister”.