Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 17-10-2024

ARRONDISSEMENT

betekenis & definitie

afgeleid van het Franse woord arrondir (afronden), betekent afronding. In gewijzigde vorm gebruikt men het om aan te duiden een onderafdeling van een provincie of departement.

Zo althans in Frankrijk.In NEDERLAND strekt de verdeling in arrondissementen vnl. om de rechtsmacht te regelen. De arrondissementen vormen het rechtsgebied der rechtbanken. Volgens de wet van 1827 was het getal arrondissementsrechtbanken voor de noordelijke gewesten vastgesteld op 26. Later kwamen hier nog 8 bij, zodat het getal 34 bedroeg. Bij vijf wetten, alle van 9 Apr. 1877, die onderscheidenlijk het rechtsgebied en de zetels der arrondissementsrechtbanken binnen het ressort der vijf gerechtshoven vaststelden, werd het getal der arrondissementen echter teruggebracht tot 23 en werden de rechtbanken der vervallen arrondissementen ontbonden. Door een wet van 22 Juni 1923, Stbl. 277, zijn de rechtbanken te Zierikzee en te Heerenveen ontbonden, en door een van 17 Nov. 1933, Stbl. 606, die te Tiel en te Winschoten, zodat er thans 19 rechtbanken bestaan en wel te Groningen, Leeuwarden, Assen, Zwolle, Almelo, Arnhem, Zutfen, Utrecht, Alkmaar, Haarlem, Amsterdam, Den Haag, Rotterdam, Dordrecht, Middelburg, Breda, Den Bosch, Roermonden en Maastricht.

Het grondgebied der arrondissementen wordt thans geregeld door vijf wetten van 17 Nov. 1933, Stbl. 601-605; het wordt voor elk arrondissement bepaald door optelling van een aantal kantons, die op hun beurt worden vastgesteld door opsomming van enige gemeenten, die doorgaans, maar niet steeds, tot dezelfde provincie behoren.

PROF. MR R. P. CLEVERINGA

In BELGIË onderscheidt men:

1. de bestuursarrondissementen; dit zijn onderverdelingen van de provincie zonder eigen belangen, zonder autonomie, zonder politieke of burgerlijke vertegenwoordiging. Er is voor elk bestuursarrondissement een commissaris van de regering, die de titel voert van arrondissementscommissaris. Zijn bevoegdheid strekt zich uit over gemeenten waarvan de bevolking minder dan 5000 zielen telt, voor zover die gemeenten geen arrondissementshoofdplaatsen zijn. De arrondissementscommissaris is, onder de leiding van een gouverneur en van de Bestendige Deputatie, belast met het toezicht over het bestuur van hogergenoemde gemeenten, en met de zorg voor de handhaving van de wetten en van de maatregelen van algemeen bestuur, alsook met de tenuitvoerlegging van de door de provinciale raad of door de deputatie genomen besluiten (artt. 132 en 133, Provinciale Wet).

De arrondissementscommissaris neemt ten minste eenmaal per jaar, in de gemeenten, inzage van de registers van de burgerlijke stand (art. 134 P. W.). Hij bezoekt op zijn minst eenmaal per jaar alle gemeenten van zijn gebied (art. 136 P. W.).

De arrondissementscommissaris is vooral een bemiddelaar tussen de plaatselijke en de hogere overheden, die door zijn adviezen en raadgevingen de onervarenheid der kleine gemeenten moet verhelpen. De commissaris zorgt voor de handhaving van de openbare orde in het arrondissement. Om deze opdracht te kunnen vervullen mag hij verordeningen treffen (wet 5 Juni 1934).

2. De rechterlijke arrondissementen, in welker hoofdplaats is gevestigd de rechtbank van 1ste aanleg.

De oprichting, samenstelling en werking der rechtbanken van 1ste aanleg zijn geregeld door de wet van 18 Juni 1869 op de rechterlijke organisatie, gewijzigd door een reeks latere wetten.

3. De kiesarrondissementen, in welker hoofdplaatsen de hoofdbureaux bij de Kamerverkiezingen zitting hebben. Deze Kiesarrondissementen zijn, wat betreft getal en omgrenzing, bepaald door de Kieswet.

Meestal is een en hetzelfde arrondissement tegelijk bestuursarrondissement, rechterlijk arrondissement en kiesarrondissement.

DR A. MAST

MILITAIR RECHT

Volgens de Regtspleging bij de Landmagt wordt de krijgsraad gehouden in de hoofdplaats van elk militair arrondissement of district, door den koning reeds bepaald of nog te bepalen. Het aantal militaire arrondissementen bepaalt dus het aantal krijgsraden. Dit aantal is meermalen gewijzigd en vóór de mobilisatie van het jaar 1939 was er slechts één militair arrondissement, het gehele grondgebied van het Rijk in Europa omvattende, en was er dus ook slechts één krijgsraad. Bij Besluit van den Opperbevelhebber van Land- en Zeemacht van 25 Mei 1940 (Stbl. O, 202) werden twee militaire arrondissementen ingesteld, met hoofdplaatsen ’s-Gravenhage en Utrecht. De militaire leden en de secretaris van de krijgsraad worden uit de officieren, behorende tot het garnizoen van de hoofdplaats van het militair arrondissement of district, door den commandant van dat garnizoen benoemd, en het is deze zelfde autoriteit, die, na overleg met den auditeur-militair, het bevel geeft tot het bijeenkomen van de krijgsraad (z militaire rechtspraak).

MAJ. MR H. H. A. DE GRAAFF.

< >