genaturaliseerd Vlaams schilder van Nederlandse afkomst (Rotterdam 9 Juli 1855 - Achterbos bij Mol, België, 15 Febr. 1928), verbleef, na zijn opleiding aan de academie te Rotterdam, in het buitenland (Brussel, München, Wenen), werkte later weer in Nederland, was directeur van de academie te Haarlem en kwam in aanraking met de Haagse school: Mauve, Maris, Neuhuys. Onder invloed van laatstgenoemde vestigde hij zich te Achterbos, waar hij bleef wonen.
Zijn œuvre omvat landschappen, portretten (meestal geen opdrachten, maar personen uit zijn naaste omgeving), interieurs en religieuze voorstellingen, die wel eens geïnspireerd werden door zijn verzet tegen het geweld van Wereldoorlog I. Zijn techniek is ruig en korrelig met dikopgelegde verflagen. De tegenstelling tussen licht en donker op zijn schilderijen en etsen doet aan Rembrandt denken.PROF. DR J. MULS
Lit.: Ernest van den Bosch, J. S. (Antwerpen 1930); Luc et Paul Haesaerts, Flandre, Essai sur l’art flamand dep. 1880 (Paris 1931); Josef Muls, J. S. en de Kempen (Oude-God 1937); Idem, 25 Etsen naar de oorspr. platen m. e. inl. (Antwerpen 1949).
