Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 17-10-2024

SIGISMUND (polen)

betekenis & definitie

naam van enige koningen van Polen.

Sigismund I

de Oude
, koning van Polen uit het huis Jagello (1 Jan. 1467 - Krakau 1 Apr. 1548), jongste zoon van Kazimir IV, volgde zijn broer Alexander in 1506 op. Hij had te kampen tegen het Russische gevaar enerzijds, tegen Pruisen en de Duitse Orde anderzijds (zijn neef Albrecht van Brandenburg was hoogmeester; deze verbond zich met Maximiliaan van Oostenrijk en zelfs met Vasilij van Moskou tegen Polen).

In 1515 kwamen Sigismund en zijn broer, Wladyslaw van Hongarije en Bohemen, tot een verzoening met Maximiliaan, waarbij de laatste afzag van aanspraken op de Hongaarse troon en zijn steun aan de Orde introk. Tien jaar later onderwierp de inmiddels Protestant geworden Albrecht zich aan Sigismund en werd de Orde gesaeculariseerd. De koning was overigens tegenstander van het Protestantisme. Hij sloot 1522 een wapenstilstand met Moskou. In 1526 annexeerde hij Mazovië.

In 1518 was hij gehuwd met Bona Sforza, prinses van Milaan, die veel bijdroeg tot de intocht van de Renaissance in geheel Polen, zelfs in Litauen. Zij voerde echter een eigengereide politiek. Dit verminderde ook Sigismunds gezag. Hij regeerde reeds sinds 1530 samen met zijn zoon Sigismund-August.

Hij wordt beschouwd als een wijs vorst en was een ontwikkeld Humanist, die veel bijdroeg tot de bloei van kunst, wetenschap (Copernicus), literatuur (nog vnl. in het Latijn, maar voor het eerst ook in het Pools) in zijn tijd.

Sigismund II

zie Augustus I.



Sigismund III

koning van Polen en Zweden uit het huis Wasa (Gripsholm 20 Juni 1566 - Warschau 30 Apr. 1632), zoon van Johan III van Zweden, werd Katholiek opgevoed met het oog op de Poolse troon, waarop hij 1587 gekozen werd als opvolger van Stephan Bathory. In Zweden was hij in naam koning van 1592 tot 1604, maar reeds in 1595 moest hij het in voogdij afstaan aan zijn oom Karel van Södermanland; Sigismund nam dit verlies niet en trok 1598 naar Zweden, waar hij echter verslagen werd. Nu ontstond een oorlog tussen de twee takken van het huis Wasa die 60 jaar duurde. In 1604 werd Karel definitief koning van Zweden. Hij en zijn opvolger Gustaaf Adolf veroverden o.a. Lijfland en de Pruisische kust, welk gebied bij de vrede van Altmark (1629) Zweeds bleef.

Intussen had Sigismund in Polen te kampen met interne moeilijkheden. Hij stelde de Polen vooral teleur door zijn fanatiek Katholicisme. Niettemin was Polen onder zijn regering bloeiend en machtig en werd beschouwd als een belangrijk bolwerk tegen Turken, Tataren en Moskovieten. De grote tegenspeler van Sigismund was Jan Zamojski, kanselier en „tribuun van het adellijk plebs”.

Weinig gelukkig was Sigismunds ingrijpen in Moskou. Toen tsaar Vasilij Sjoejski zich met Karel van Zweden verbond tegen de tweede valse Dmitrij, die met steun van vele Poolse edelen Rusland binnenviel (1609), was de oorlog een feit. Sigismund droomde van verovering (en bekering) van geheel Moskovië. In 1610 drongen de Polen in Moskou door en kozen de bojaren Sigismunds zoon Wladyslaw tot tsaar, hetgeen Sigismund slechts met vele bedenkingen aanvaardde. De valse Dmitrij werd toen vermoord en de Polen werden uit Rusland verdreven. Pas 1618 werd een wapenstilstand gesloten. Voorts had Sigismund te kampen met de Turken, die in 1621 bij Chocim door Chodkiewicz werden verslagen.

< >