Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 04-07-2022

Jagello

betekenis & definitie

of jagjello, grootvorst van LITAUEN 1377-1434) en koning van POLEN (1386-1434) 1354 - Grodek, bij Lemberg, 1 Juni 1434), volgde zijn vader Olgerd als grootvorst van Litauen op, maar moest daarna zijn oom Kejstoet nog overwinnen, die hij liet vermoorden. Na het Roomse geloof aanvaard te hebben, huwde hij met de Poolse koningin Hedwig (Jadwiga) en beklom ook de troon van haar land, als Wladislaw II.

De Duitse ridders versloeg bij in 1410 in de slag bij Tannenberg, als gevolg waarvan hij in het volgende jaar bij de Eerste Vrede van Thorn Samogitië en Dobrin bij zijn rijk voegde (z Duitse Orde). De eenheid tussen Polen en Litauen, dat een eigen grootvorst geëist had, vermocht Jagello niet te versterken. Wel werd bij de overeenkomst van Horodlo (1413) de band tussen beide landen weer verstevigd, maar de spanning tussen Jagello en de Litause grootvorst bleef niettemin bestaan. Hij was de vernieuwer van de universiteit te Krakau (1400) en de stichter van het bisdom Wilna. Wladislaw is de koning die het langst over Polen heeft geregeerd; hij liet bij zijn dood zijn land achter als een van de grote mogendheden van het toenmalige Europa. De door hem gestichte dynastie der Jagellonen heerste tot 1572 in Polen, terwijl een zijlinie in 1471 de Tsjechische en in 1490 ook de Hongaarse kroon verwierf.

< >