Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 17-10-2024

RHYTHME

betekenis & definitie

(Gr. ῥυϑμος, schone lijn; evenredigheid; proportie) is een verschijnsel waarvan de betekenis en zin gelegen is in de gewaarwording die het oproept. Die gewaarwording is er een van afwisseling en herhaling; daarom heeft rhythme steeds het karakter van een reeks en is dus gebonden aan een achtergrond van lineair karakter, iets dat gecontinueerd wordt.

Dit kan zijn de tijd, een vlak of lijn. Bij muziek en woordkunst is de tijd het continuüm, in beeldende kunst het vlak of de lijn. Is het metrum (zie metriek) het vast patroon, de eenheid waarmee het continuüm gemeten wordt, het vormt in het rhythme het element van herhaling. Uiteraard kan deze herhaling gevarieerd zijn, ondanks het feit dat het metrum gelijk blijft; immers: de gelijke maat meet steeds andere klanken.De evenredigheid van de afstand tussen de (verschillende) elementen die een gelijke functie in de metriek vervullen, geeft de indruk van herhaling. Niettemin is metrum geen voorwaarde voor rhythme. In woordkunst treden als rhythmische elementen op: accenttoppen, klankkleur en -duur, sonoriteit, toonhoogte. Het rhythme, dat een der grondslagen van poëzie vormt, ontbreekt niet in proza, zij het dan dat het daar vrijer is, soms echter ook gebonden (zie prozarhythme). Voor rhythme in de muziek zie muziek IV. Voor rhythme als aesthetische waarde zie aesthetica, uitdrukkingsmiddelen.

Lit.: J. van Ginneken, Principes de linguistique psychologique (1907), 252 vlg.; E. Sievers, Rhythmisch-melodische Studien (1912); H. Leeb, Vom Wesen des Rhythmus, diss. Zürich (1941).

< >