betekent als meetkundige term in het algemeen oppervlak, maar wordt meestal in de meer beperkte betekenis van plat vlak gebezigd en duidt dan een oppervlak aan, dat de eigenschap heeft, dat iedere rechte lijn of straal, die er twee verschillende punten mede gemeen heeft, er geheel in valt. Het wordt in de analytische meetkunde van de ruimte door een vergelijking van de eerste graad in puntcoördinaten of door een viertal vlakcoördinaten voorgesteld.
De meetkunde der in één plat vlak gelegen figuren heet planimetrie. Vlakcoördinaten
Als in de analytische meetkunde ux + vy + wz + rt = o de algemene vergelijking van een plat vlak voorstelt kan men de rij der coëfficiënten u, v, w, r als een viertal coördinaten beschouwen, die het vlak zelfstandig voorstelt; deze getallen heten dan vlakcoördinaten of tangentiële coördinaten. Door in een analytischmeetkundig theorema de puntcoördinaten en de vlakcoördinaten te verwisselen, verkrijgt men het duaal tegengestelde theorema (z dualiteit en klassekromme).