(1) (Lat.: corona, krans) is oorspronkelijk een krans van bladeren en bloemen, die als prijs uitgereikt werd. In de Oudheid werd aan de offerdieren een krans gegeven, gevlochten van de takken van de boom, gewijd aan de godheid aan wie geofferd werd, zoals bijv. aan Bacchus van wijnranken, aan Zeus van eikebladeren.
Aan de overwinnaar in de Olympische Spelen werd een krans van olijftakken gegeven. De lauwerkrans werd in de Romeinse tijd eerst alleen gegeven aan een triomfator, maar werd later een ere- en ambtsteken. Bij de dichterkroningen op het Kapitool gebruikte men deze krans ook. Kronen voor de dodencultus bezitten wij in de gouden bladerkronen van de Etruskers (Mus. Ancona). In de Oudchristelijke tijd en Middeleeuwen kennen wij uit afbeeldingen de kroon als offerande. God, Christus en Maria worden afgebeeld met kronen (Lam Gods van de Van Eycks te Gent). De bij Toledo gevonden kronen van Svintila (621-663) in de Armeria van Madrid, en van Recesvint (644672) in het Musée de Cluny te Parijs zijn votiefkronen, die boven het altaar gehangen werden. Deze beide kronen, die uit een grote serie stammen, dragen de naamletters der beide koningen in aan de kroon hangende kettingen met paarlen en edelstenen. Als kroon werden ook aan de kerk gegeven de enorme kaarsenkronen, zoals er één is in de dom in Hildesheim, uit de 11de eeuw.De koningskroon bestond oorspronkelijk uit een ronde, gouden band, met edelstenen bezet, zoals de ijzeren kroon uit Monza, die een binnenband van ijzer heeft, volgens de legende gemaakt van de spijkers, waarmee Christus aan het kruis werd genageld. Uit deze vorm ontwikkelt zich de latere kroon met fleurons en beugels. Op de kruising van deze beugels staat dikwijls een wereldbol met kruis, als o.a. de Nederlandse koningskroon. De Duitse keizerskronen zijn binnen de beugels gevoerd met rood fluweel. De adelskronen hebben geen beugels en pas sinds de 16de eeuw kan men aan de bladeren en de fleurons het onderscheid in graad zien. Een bijzondere vorm van kroon is de puntige tiara van de paus, die uit drie kronen is opgebouwd. De kroon met alleen punten, door kinderen op driekoningenavond nog wel gedragen, is de zgn. heidenkroon
(2) geeft haar naam aan tal van ridderorden. Zie hiervoor ridderorden.