Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 04-07-2022

Johanna (castilë)

betekenis & definitie

de Waanzinnige, koningin van CASTILIË (Toledo 6 Nov. 1479-Tordesillas 12 Apr. 1555), dochter van Ferdinand van Aragon en Isabella van Castilië, huwde in 1496 met Philips de Schone, zoon van keizer Maximiliaan I en van Maria van Bourgondië. Zij schonk hem twee zoons, Karel V en Ferdinand, en vier dochters.

In 1502 ging zij met haar gemaal naar Spanje, waar de Cortes van Castilië haar als troonopvolgster erkenden. Philips vertrok weldra naar de Nederlanden. De scheiding van haar gemaal, die zij hartstochtelijk beminde, trok zij zich zeer aan, waarbij zij voor het eerst blijken van krankzinnigheid gaf. In 1504 stierf Isabella en werden Philips en Johanna als koning en koningin van Castilië gehuldigd, ondanks de tegenkanting ondervonden van koning Ferdinand. Philips wilde bovendien de koningsmacht zelf uitoefenen en sloot haar feitelijk van haar rechten uit, gebruik makend van het feit, dat zij weer tekenen van verstandsverbijstering vertoonde. Desondanks bleef zij zeer aan Philips gehecht en zijn dood maakte haar dan ook volslagen wanhopig.Misschien dacht zij daarbij aan de mogelijkheid, dat haar vader hem had laten doden. Zij reisde lange tijd des nachts van stad tot stad met het lijk van haar gemaal in een glazen kist.

Haar vader, die alles in het werk stelde om de regering ook over Castilië in handen te krijgen, liet haar opsluiten in het kasteel Tordesillas bij Valladolid en gaf haar tot bewaker de Aragonees Morven Luis Ferrer, die zijn taak zeer kleingeestig en hardvochtig opvatte. Toen Ferdinand stierf hield haar zoon, die geheel buiten haar om in de Nederlanden was opgevoed (alleen haar jongste dochter Catharina werd bij de moeder gelaten), Johanna ook opgesloten, om zelf recht te krijgen op de troon van Castilië; hij bejegende haar zeer koel en zocht bij zijn komst in Spanje haar nauwelijks op. In 1520 brak een ernstige opstand in Castilië uit (de Comuneros) en daarbij deden beide partijen, regering en opstandelingen, een beroep op Johanna. Zij ontving de afgevaardigden der steden en werd door hen een ogenblik als koningin erkend; lusteloosheid verhinderde haar echter tot enige activiteit te komen. Toen de opstand nog in hetzelfde jaar werd onderdrukt, werd Johanna opnieuw opgesloten en nu voorgoed: zij heeft Tordesillas niet meer verlaten, en kwam evenals kort vóór de opstand, onder de zeer strenge en onaangename bewaking van de markies van Denia.

Johanna’s tragische leven heeft aanleiding gegeven tot zeer verschillende verklaringen. Zeker is dat zij sinds 1502 ernstige tekenen van dementie vertoonde, afgewisseld door ogenblikken van doortastendheid en zelfbeheersing en zeker is ook, dat zij haast ziekelijk haar liefde op Philips richtte. Haar man en vooral haar vader en haar zoon hebben haar afwijkingen gebruikt in eigen voordeel en daardoor ernstig verergerd. Hoewel zij vaak haar godsdienstplichten verwaarloosde, is er bij haar geen sprake van afwijkende opvattingen.

DR H. A. ENNO VAN GELDER

Lit.: Gachard, Sur Jeanne la Folie et les documents sur cette princesse, qui ont été publiés récemment, Buil. de l’Académie royale de Belgique, 1869 (zie ook Bulletin etc. 1870, 1872); Idem, Jeanne la Folie défendue contre l’imputation d’hérésie (1869); A. Rodriguez Villa, La reina Dona Juana la Loca (1892); U. Danvila y Collado, Historia critica y documentada de las Comunidades de Castilla, 6 dln (i8g7-’99); Gh. Hare, A Queen of Queens and the Making of Spain (1906); L. Pfandl, Johanna die Wahnsinnige (1930); J. Brouwer, Johanna de Waanzinnige (1940); G. Imann-Gigandet, Jeanne la Folie (Paris 1947).

< >