Westduits dorp in het Beierse district Zwaben met (1950) 3300 inw. (1939: 15000, 1945: 2100), v.w. 95 pct R.K. en 5 pct Evang., is gelegen 5 km ten Z.O. van Füssen* aan de Alpsee, bekend wegens het gelijknamige kasteel, dat zich op de grens van Beieren, Zwaben en Tirol tussen meren en bergketens verheft. De oude Schwangauburchten (Vorderen Hinterhohenschwangau) lagen aan de helling van de Neudeckberg en zijn reeds lang tot puin vervallen.
In plaats van deze verkreeg het daartegenover op de Marmorberg gelegen kasteel Schwanslein (894 m hoog, oudste bouw reeds in de 12de eeuw vermeld, latere bouw 1538-’47, nadien vervallen) de naam Hohenschwangau. In 1832 werd de toenmalige kroonprins, later koning Max II van Beieren, bezitter van de bouwval (van het in 1538-1547 door de Augsburger patricische familie Peutinger gebouwde kasteel) en deed door Quaglio, Ohlmüller en Ziebland de burcht herstellen en door onderscheiden kunstenaars versieren. Koning Lodewijk II was gewoon er jaarlijks geruime tijd te vertoeven. Er is houthandel. Het dorp leed in Wereldoorlog II geen schade.
