gemeente in Noordbrabant, 5658 ha groot met (1950) 9484 inw., van wie 99 pct R.K., omvat de dorpen Gemert (1950: 6510 inw.), Handel (1248 inw.), Mortel (1017 inw.) en Elsendorp (709 inw.). De bodem is bijna geheel diluviaal zand, met enige leemgronden langs de Aa, waarop bouwland 64 pct en grasland 34 pct van de oppervlakte cultuurgrond innemen.
Naast landbouw (gemengde bedrijven) vormt de textiel-industrie (katoen, bont en plucheweverij) hoofdmiddel van bestaan.Gemert is tot 1794 een zelfstandige „Commanderye” of heerlijkheid geweest onder gezag van de Duitse Orde. De ridders der Orde waren gevestigd op het fraai (gedeeltelijk Gothische) kasteel in de kom der gemeente, thans Missiehuis der Paters van de H. Geest. Bekend zijn ook de oude Latijnse School (gesticht 1587) en de proeftuin voor kruidenteelt „Hortus Medicamentorum Ghemertanus”.
Handel is een druk bezocht pelgrimsoord, een der oudste bedevaartplaatsen van Maria (Madonnabeeldje ca 1350), terwijl Mortel zijn aantrekkelijkheid vooral ontleent aan zijn bosrijk achterland. Elsendorp is een zich sterk ontwikkelend dorp in het ontginningsgebied de Peel.