heet een gedachtenstroming onder de Russische emigranten, welker voornaamste vertegenwoordigers waren vorst N. S.
Troebetskoj en professor P. N. Sawitskij. Zij beschouwen de wereld van het Russische rijk als niet tot de Europese cultuur behorende. Deze is tot de Romaans-Germaanse volken beperkt. Rusland vormt door zijn geografische en economische structuur een eigen cultuurwereld. Dit continentale Eurazië is behalve van Europa ook wel te onderscheiden van het eigenlijke Azië, van China en Japan, van India en Perzië. Het is veel meer dan deze landen (en ook dan het eigenlijke Europa) van het oceanische wereldverkeer afgesloten. De Eurazische samenhang, die plurinationaal is, vond zijn staatkundige uitdrukking eerst in het Grootmongoolse rijk van Dzjengis Khan en zijn opvolgers, later in het tsaristische Rusland en tenslotte in de U.S.S.R. Het extreme collectivisme van deze laatste verwerpen de Euraziërs, maar evenzeer het burgerlijk kapitalisme van het Westen. Tussen Eurazië en Europa kan er samenwerking zijn, maar geen samengroei. De beweging van het Eurazisme heeft de laatste tijd aan betekenis ingeboet.PROF. DR TH. J. G. LOCHER
Bibl.: N. S. Trubetskoj, Europa und die Menschheit, mit Einl. von Otto Hoetzsch (1920); P. N. Sawitskij, Rusland een eigen grafische wereld (Russ., 1927); Idem, Het Eurazisme, declaratie, formulering, stellingen (Russ., 1932).
Lit.: N. van Wijk, Eurazisme, De Gids XCI (1927), 4, p. 236-251.