Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 23-01-2023

EIGENBRAKEL

betekenis & definitie

(Fr. Braine-l’Alleud) is een Waalse taalgrensgemeente in de Belgische prov. Brabant, op heuvelende leem- en zandbodem (2980 ha, tot 107 m hoog).

Zand- en kleigroeven, landbouw, textielbedrijf, leerbewerking, brouwerij. Inw. (1948) 12 121. Vermeld in de 11de eeuw, was Eigenbrakel eertijds „eigen grond”, allodium, vrij leen van de hertogen van Brabant, vanwaar de naam. In de I4de-15de eeuw was het een belangrijke heerlijkheid; van de burcht bleef sedert de 18de eeuw slechts een ruïne over. Eveneens in de 14de eeuw kregen de inwoners burgerrechten. Godsdiensttroebelen, brand en epidemieën teisterden de bevolking in de 16de-18de eeuw. De slag bij Waterloo had grotendeels plaats op het grondgebied van Eigenbrakel; hier liggen het landgoed Hougoumont, destijds sleutelpositie van de Engelsen; de (eertijds) holle weg naar Ohain; de Leeuwenheuvel, 45 m hoog, met de gietijzeren leeuw (4,45 m hoog, gewicht 28000 kg); het museum; en het panorama geschilderd door L. Dumoulin (1912). Neogothisch gemeentehuis van 1891. Kerk uit 1555, maar met 18de-eeuwse toren en schip; monumentale i6de-eeuwse graftombe. Op Terkluizen, een Gothische kapel, overblijfsel van een begijnhof uit de 15de eeuw. Monumentaal spoorwegviaduct met 16 bogen.LEO DE WACHTER

< >