(1), Waalse taalgrensgemeente in Belgisch Brabant, op golvende leembodem, 122 m hoog, 1644 ha (landbouw, textiel- en chemische nijverheid), telt (1951) 8421 inw. Eertijds was het grotendeels ingenomen door het Zoniënwoud en het vormde tot ca 1795 een gehucht van Eigenbrakel.
Mont-Saint-Jean was een hoeve, gesticht door de Tempeliers, later Maltezer bezit. Kerk van 1855, met koepel van 1686 en fraai I7de-eeuws meubilair. Over de Leeuwenheuvel, z Eigenbrakel.Lit.: L. van Neck, W. illustré (Bruxelles 1906, 2de uitg.); E. Libert, Monographie de la commune de W. (Bruxelles 1923).
Slag bij Waterloo
(18 Juni 1815), ook slag bij Mont St Jean (door de Pruisen: slag bij Belle Alliance) genoemd, vernietigde de laatste legers van keizer Napoleon I en maakte een einde aan de Napoleontische oorlogen.
Twee dagen tevoren had de keizer de Pruisen onder Blücher bij Ligny verslagen, die hij door Grouchy had laten vervolgen. Hij meende nu met de Engelsen onder Wellington en de Nederlanders en Westduitsers onder de Prins van Oranje af te rekenen. Maar Blücher trok niet naar de Rijn doch naar Brussel terug en aan de eigenzinnigheid van twee generaals in Nederlandse dienst (de Perponcher en de Constant Rebecque, die de 16de het belangrijke kruispunt van straatwegen Quatre-Bras aanvankelijk tegen het bevel van Wellington in een tijdlang met 7800 man tegen 15 000 man onder Ney hadden verdedigd) was het te danken, dat de Pruisische terugtocht in goede orde kon geschieden. Bij de aanvang van de dag nam Wellington met 70000 man (o.w. 30000 Westduitsers en 13 000 Noord- en Zuidnederlanders) een sterke stelling in op de heuvelrij Mont St Jean, die de straatweg naar het Zoniënwoud en Brussel beheerste. Aanvallen daarop, vooral van Ney, leverden niet genoeg op. Tussen 15 en 16 uur volgde nu een krachtige aanval op Napoleons rechtervleugel onder Lobau door de voorhoede van de 40 000 Pruisen onder von Bülow.
De Fransen (72 000 man) waren nu in de minderheid. Hun front werd rechts doorbroken en de Pruisen bezetten Planchenois, achter het Franse centrum. Daar werd hun offensief tot staan gebracht en Napoleon waagde een laatste aanval van zijn garde onder Ney op Wellington’s centrum, dat zwaar geleden had. Hij slaagde eerst en dreef de saamgeraapte resten van Engelsen, Nassauers, Hannoveranen en Nederlanders (onder Chassé) terug. De Prins van Oranje werd gewond. Maar nu werd de beslissing gebracht door nieuw aangekomen Pruisische infanterie en cavalerie.
Slechts de keizerlijke garde hield nog stand, maar werd ook vernietigd (z Cambronne). Wellington en Blücher ontmoetten elkaar voor de herberg Belle Alliance en maakten van daaruit hun overwinning wereldkundig.
Lit.: Griffith, Wellington and Waterloo (1898); H. Houssaye, 1815. Waterloo (1899); E. Lenient, La solution des énigmes de Waterloo (1915); H. Delbrück, Leben des Feldmarschalls von Gneisenau (2de dl, 4de dr. 1920); F. De Bas en ’t Serclaes de Wommersom, La Campagne de 1815 aux Pays Bas (3 dln, 1908-1909).
(2), een plaats van (1950) 65 200 inw. in de Amerikaanse staat Iowa, ligt aan de Cedar River in Black Hawk County en heeft belangrijke vleesverwerkende en landbouwmachineindustrie. De stad is een marktplaats voor agrarische producten; van nationale betekenis is de jaarlijkse tentoonstelling van stamboekvee. De nederzetting ontstond in 1845 en was aan het einde van de eeuw bekend om zijn paardenrennen.