stichter van de Heilige Katholiek-Apostolische Kerk (Annan, Schotland, 4 Aug. 1792 - Glasgow 7 Dec. 1834). Na eerst leraar te zijn geweest werd hij hulpprediker bij Th.
Chalmers te Glasgow en in 1822 predikant der Schotse kapel in Londen. Hier werd hij snel de befaamdste prediker der hoofdstad. Profetisch begaafd, stelde hij de aanstaande wederkomst van Christus in het middelpunt van zijn prediking. In 1827 gaf hij over dit punt het werk van een Jezuïet, onder het pseudoniem Juan Josafat Ben-Ezra, in vertaling en met een inleiding uit. De kring van Drummond op diens landgoed Albury droeg bij tot de vorming van Irvings overtuiging, dat de bestaande kerkorde vervangen diende te worden door het vijfvoudige ambt van apostelen, profeten, evangelisten, herders en leraren, naar Efeze 4:11. In de leer der uitverkiezing en in zijn Christologie (The Orthodox and Catholic Doctrine of our Lords Human Nature, 1830) kwam hij in botsing met de Schotse kerk.
Zijn consistorie te Londen censureerde hem in 1830, de algemene vergadering der Schotse Kerk zette Irving in 1831 af. Een groep van 800 getrouwen stichtte in 1832 de Heilige Katholiek-Apostolische Kerk en Irving werd „the chief pastor of the Church assembled in Newmanstreet”. Hier hadden de profeten de macht in handen, meer dan Irving zelf, die „engel der gemeente” werd. Hij stierf op een zendingstocht naar Schotland te Glasgow, waar hij in de crypt der kathedraal is bijgezet.Bibl.: The Collected Writings of E. I. ed. G. Carlyle, 5 vols (1864-’65).
Lit.: O. W. Oliphant, The Life of E. I. (1862); S. T. Coleridge, Notes on English Divines (2 din, 1853); G.
Carlyle, Miscellanies (4 de dr. 1857); J. N. Kohler, Het Irvingisme (1876); Th. Carlyle, Reminiscences, I (1881).