Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 18-10-2023

Constant Jacob HANSEN

betekenis & definitie

Vlaams letterkundige (Vlissingen 4 Oct. 1833 - Brasschaat 14 Apr. 1910), van Deense afkomst, was sedert 1863 vertaler bij de rechtbank te Antwerpen en van 1866-1903 eerst korte tijd onderbibliothecaris, daarna hoofdbibliothecaris van de Antwerpse Stadsbibliotheek. Enkele romantische gedichten staan op zijn naam.

Belangrijker is de rol, welke hij speelde in de Vlaamse taalstrijd, vooral als leider van de „Aldietsche Beweging”, die streefde naar vereniging op taalkundig en letterkundig gebied van Frans-Vlaanderen, Vlaams-België, Nederland, Noord-Duitsland en verder tot aan de Finse meerboezem, van Duinkerken tot Reval. Hij heeft zich bijzonder verdienstelijk gemaakt door de kennis van de Platduitse en Scandinavische letteren onder de Vlamingen te verspreiden, met zijn voornaamste werken: Reisbrieven uit Dietschland en Denemark (Gent 1860); Noordsche Letteren (Gent 1860), een vervolg op het voorgaande; Dietsche Beweging (Gent 1885); Klaus Groth (Antwerpen 1889). Te vermelden is ook zijn studie Over Reinaard den Vos in het Nederduitsch (Brussel 1864), waarvoor de universiteit te Rostock hem het eredoctoraat verleende.Lit.: G. Segers, in: Jaarb. Kon. VI. Acad. 1919; H. Schuett, Die ,.Aldietsche Beweging” C.

J. Hansens und ihr Verhältnis zum Niederdeutschen (Hamburg 1938).

< >