is een stad, vroeger in de Italiaanse provincie Caserta, sedert 1927 in de provincie Napels, op de linkeroever van de Volturno, aan de spoorweg Rome-Napels, 29 km ten N. van Napels, te midden van een zeer vruchtbare, vroeger (door malaria) ongezonde omgeving. De stad is de zetel van een aartsbisschop, telt als gemeente 15 637 inw., heeft een gemoderniseerde kathedraal, een museum (Museo Campano) met prachtige beeldhouwwerken, en een brug over de Volturno.
In de Oudheid lag Capua 4 km ten Z.O. van het tegenwoordige Capua, op de plaats der huidige stad Santa Maria Capua Vetere. Aanvankelijk Volturnum genaamd, werd de stad ca 600 v. Chr. door Etrusken gesticht. Zij ontwikkelde zich zeer voorspoedig, kreeg van de Oskische Campani de naam Capua en werd in 343 van Rome afhankelijk.
Na de nederlaag van het Romeinse leger bij Cannae (216) opende zij de poorten voor Hannibal. In 211 vermeesterden de Romeinen wederom de stad, die ophield een zelfstandige gemeente te zijn. Eerst door Marcus Brutus (83 v. Chr.) werd Capua weder tot stad verheven.
Vervolgens zocht Julius Caesar haar op te heffen door een kolonie van 20 000 Romeinse veteranen daarheen te zenden en haar met de wetten en voorrechten van het oude Capua te begiftigen, en nu ontwikkelde zich de stad sterk. In 456 werd de stad door de Vandalen onder Geiserik verwoest; onder de Langobarden nam haar bloei meer en meer af, totdat zij in 840 door de Saracenen geheel verwoest werd. Onder de ruïnen van het oude Capua verdient het amphitheater vermelding. Ongeveer 7 km van Capua, aan de voet van de berg Tifata, lag het beroemde heiligdom van Diana Tifatina, waar nu de Oudchristelijke basilica Sant’ Angelo in Formis staat, die reeds in 944 vermeld wordt.
Talrijke oudheden vond men ook om de ruïnen van een tempel, onmiddellijk buiten de oude stad. Wat van deze overblijfselen uit de oude tijd niet naar Napels overgebracht is, zoals de beroemde Venus en de zgn. Psyche, bevindt zich in het tegenwoordige Capua in het Museo Campano. Bijzonder bekend in de Oudheid was het Capuaanse bronsvaatwerk.
Het tegenwoordige Capua, 856 n. Chr. op de plaats van de na de Tweede Punische oorlog vervallen stad Casilinum, door graaf Lando en diens broeders gesticht, werd omstreeks 900 een zelfstandig Langobardisch vorstendom en in 966 de zetel van een aartsbisschop. Na het midden der 11de eeuw kwam het aan de Noormannen. Het werd herhaaldelijk veroverd, in 1501 door de Fransen, in 1707 door de Oostenrijkers.
In 1860 verzette zich hier het Napolitaanse leger tevergeefs tegen Garibaldi. In Wereldoorlog II veroverde het 5de Amerikaanse leger Capua op 8 Oct. 1943.
Lit.: K. J. Beloch, Kampaniën (2. Ausg. 1890); Giacomo, Da Capua a Caserta (Bergamo 1924); Notizie degli scavi di Capua (1924).