Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 26-08-2022

Bock, eugène de

betekenis & definitie

Vlaams letterkundige en uitgever (Antwerpen 23 Apr. 1889), debuteerde in 1918 met een bundel heterogene prozastukken, Jeugd in de Stad, die uit 1907-1914 dateren en in menig opzicht uitlopers zijn van het impressionnisme. Hij speelde een rol in Ruimte (1920-1921), het avant-garde-tijdschrift der Vlaamse expressionnisten; in dit tijdschrift publiceerde hij o.a. gedeelten uit een onvoltooid gebleven roman met intellectualistische inslag, De Drempel. Sedertdien heeft De Bock zich uitsluitend toegelegd op de uitgeverij en op de historische studie van de Vlaamse literaire romantiek (Conscience) en van het boek en de boekhandel in de Nederlanden.

DR R. F. LISSENS

Bibl.: Jeugd in de Stad (Gent 1918); Hendrik Conscience en de Opkomst van de Vlaamse Romantiek (Antwerpen 1919, 2de uitg. 1943); Beknopt Overzicht van de Vlaamse Letterkunde, hfdz. in de 19de eeuw (Antwerpen 1921); Het Nederl. Boek, overzicht van zijn geschiedenis (Brussel 1939; 2de uitg. onder de titel: Beknopte geschiedenis van de boekhandel in de Nederlanden, Antwerpen 1943).

< >