Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 28-12-2022

Benvenuto CELLINI

betekenis & definitie

goudsmid, modeleur, bronsgieter en schrijver der Renaissance (Florence i Nov. 1500 - 14 Febr. 1571), kwam reeds in 1514 bij de goudsmid Ant. di Sandro in de leer, bestudeerde de werken van Michelangelo en werd leerling van Firenzuolo di Lombardia te Rome. Aldaar trad hij in dienst van paus Clemens VII, voor wie Cellini veel medailles en stempels maakte.

Onder de opvolger van Clemens VII, Paulus III, werd hij stempelsnijder bij de munt, muntmeester van de hertog Alexander de’Medici te Florence en ging in 1537 naar Frans I van Frankrijk. Na een tussentijds verblijf in Italië vervaardigde Cellini voor deze prachtminnende vorst het beroemde gedreven gouden zoutvat, thans in de schatkamer van de Hofburg te Wenen. In 1545 in Italië teruggekeerd, trad Cellini in dienst van hertog Cosimo I (de’Medici) te Florence. Tot de belangrijkste werken van Cellini uit deze tijd behoren een enorme buste van Cosimo I (Bargello, Florence), een groot Crucifix (Escorial, Madrid) en zijn meesterlijke schepping, de Perseus (1558, geplaatst in de Loggia dei Lanzi te Florence).

Ontelbare kunstwerken uit Cellini’s tijd zijn later aan hem toegeschreven, vnl. door de haast legendarische roem die hij door zijn hoogst leerrijke autobiografie (zie hierna) heeft verkregen. Hij had een volkomen beheersing van de dynamiek van de figuur en een meesterlijke bronstechniek.F. ZWOLLO JR

In de Italiaanse renaissance-literatuur neemt Cellini een uiterst karakteristieke plaats in door zijn reeds genoemde autobiografie ( Vila di B. C., begonnen te Florence 1558), de eerste van belang in haar soort wat Italië aangaat, en volkomen typerend voor haar geniaal begaafde en barbaars onbeheerste auteur: echt renaissancistisch product van vitaliteit, directheid en morele onbekommerdheid, en tableau van een der zonderlingste carrières in de annalen der schone kunsten. Buiten kijf is in dit labyrinth van minnarijen en gewelddaden, liefdesbetuigingen aan zijn kunst en barre zelfverheerlijkingen veel verzonnen — zo naar alle schijn het verhaal dat door een mortierschot van Cellini zélf, tijdens de Sacco di Roma (1527), de Connétable de Bourbon zou zijn gedood —, maar niets kan wegnemen dat het boek een der fascinerendste stukken lectuur is gebleven. De Vita di B.

C.,
waarvan het origineel manuscript in de Laurenziana te Florence berust, is universeel bekend geworden door de vertaling door Goethe (1803); de eerste, gebrekkige, Italiaanse uitgave was van A. Cocchi (Napoli 1728), de beste critische ed. is die door O. Bacci (Firenze 1900). Ook in andere talen is het werk overgebracht.

Voorts heeft Cellini zijn technische kunde met grote helderheid en aanschouwd ij kheid neergelegd in Due trattati dell'oreficeria e della scultura (Firenze 1568 en 1731, vele mod. uitg.; Fr. vert. d. F. Pion, Paris 1883).

Cellini is de hoofdpersoon van Berlioz’ opera Benvenuto Cellini (1838).

MR H. VAN DEN BERGH

Lit.: Henry Focillon, B. G. (Paris 1912); P. de Bouchaud, Benv. C. (1903); M. Darvai, B.

C. (Budapest 1907); C. Antoniade, Trois figures de la Renaissance, P. Arétin, Guichardin, B.G. (Paris 1937); H. C.

A. Muller, B. C. in: Tijdschr. v. gesch. (1948).

< >