is de voornaamste stad van Maryland (V.S.) en een der belangrijkste havens van de Atlantische kust van Noord-Amerika, 65 km ten N.O. van Washington D.G., met talrijke spoorwegverbindingen. De stad ligt aan de Patapsco, waar de vloed nog merkbaar is, en bezit een goede natuurlijke haven, ook voor grote schepen.
De in de stad gevestigde industrie is veelzijdig: luchtvaartmateriaal, chemische producten, voedingsmiddelen (o.a. vleesconserven), motoren, petroleumraffinatie, scheepsbouw, staal, tin en confectie. De oestervisserij in de omgeving (Chesapeake Baai) is van grote betekenis. Baltimore behoort reeds lang tot de belangrijkste zeehavens ter wereld.Vóór Wereldoorlog II werd de stad als zodanig slechts overtroffen door een vijftal havens. In de V.S. behoort de stad tot de grootste vier havensteden. Wereldoorlog II heeft haar betekenis als zodanig nog aanzienlijk doen stijgen, zodat hierdoor ook de scheepsbouw van de stad in om vang sterk toenam. Baltimore bezit voorts een der grootste luchthavens in Noord-Amerika.
Op de plaats van het tegenwoordige Baltimore werd in 1682 het eerste blokhuis opgericht. In 1726 stonden er nog slechts weinige blokhuizen, doch in 1775 telde de plaats reeds 564 huizen en in 1793 kwamen er 3000 vluchtelingen uit San Domingo; van die tijd af heeft zich de stad met verbazende snelheid ontwikkeld. Op 7 en 8 Febr. 1904 werd de stad geteisterd door een grote brand, die het voornaamste handelsgedeelte in de as legde. Na deze brand werd een gedeelte van de oude stad herbouwd tot de thans bestaande modern aangelegde zakenwijk. Het westelijk deel der stad ligt op heuvelachtig terrein, het oostelijke op vlak, vroeger moerassig gebied. De stad telt een aantal bekende openbare gebouwen, vele inrichtingen voor onderwijs, vooral R.K.; bibliotheken en musea.
De John Hopkins Universiteit bezit een wereldreputatie: zij was een der eerste Amerikaanse instellingen voor Hoger Onderwijs, die volgens Europese maatstaven werden georganiseerd. Bevolking: 859 100 (1940) (Groot-Baltimore: 1 046 692), dit is bijna de helft van de totale bevolking van Maryland, die in 1940 1 821 244 bedroeg.
Lit.: A. L. Sioussat, Old Baltimore (N.J. 1931); F. P. Stieff, Government of a Great American City (Baltimore 1935); H. Owens, Baltimore on the Chesapeake (N.Y. 1941).