is de naam van een Syrische godin, door de Grieken met verkorting Derketo en door de Romeinen Dea Syria genoemd en dikwijls te zamen met den god Hadad vereerd, vooral in Hierapolis in Syrië (thans Membidj, ten O. van Aleppo). Zij is bekend uit een beschrijving van Lucianus uit de 2de eeuw n.
Chr. Bij haar tempel was een vijver, waarin heilige vissen werden gehouden. Op munten is de afbeelding van een tempeltje der godin gekroond met een duif. Zij is in oorsprong een vruchtbaarheidsgodin, in vele opzichten overeenkomende met de Babylonische godin Isjtar en de Kleinaziatische Kybele. Reeds in de 3de eeuw v. Chr. werd zij in Griekenland vereerd, spoedig daarna ook te Rome, vanwaar haar dienst in de keizertijd tot in Brittannië werd verbreid. Heliogabalus wijdde haar een eredienst in zijn paleis.Lit.: Hugo Gressmann, Die orientalischen Religionen im hellen.-röm. Zeitalter, blz. 70 vlgg.; C. Clemen, Lukians Schrift über die syrische Göttin (in: Der Alte Oriënt 37) (1938).