Spaans ontdekkingsreiziger (Estramadura 1507 - 1559, of 1490-1564), was een van de Spanjaarden, die het binnenland van Noord-Amerika exploreerden, lang vóór de Anglo-Amerikanen en Fransen dit deden en vele reeds door Spanjaarden bezochte gebieden herontdekten. Hoewel men de laatste tijd terugkomt van de mening als zouden de eerste Spaanse reizigers de Grote Vlakte reeds van O. tot W. hebben doorgetrokken, en al staat thans wel vast dat géén Spanjaard dit tussen 1535 en 1706 volledig deed, toch zijn de exploraties der conquistadores in Noord-Amerika zeer belangrijk geweest.
De Vaca en zijn metgezellen Alonzo del Castillo Maldonado en Andrés Dorantes, alsmede een Barbarijse negerslaaf, Estevan (of Estevanico), schipbreukelingen van de vloot van Panfilo de Narvaez, landden 6 Nov. 1528 vermoedelijk dicht bij wat thans Galveston Bay heet. Na enkele jaren gevangenschap onder de Indianen ontsnapten zij, dwaalden W.- en N.W.-waarts, tot zij Culiacan, aan de Golf van Californië, bereikten in de lente van 1536. Hier verwelkomd door de Spaanse nederzetting, droegen zij het hunne bij tot de geruchten die reeds in omloop waren over de Zeven Steden van Cibola, gevuld met goud, zilver en edelstenen die in het N. van het grote Amerikaanse binnenland zouden liggen en die de expeditie van Nuno de Guzman niet had kunnen vinden. De onderkoning van Mexico, Don Antonio Mendoza, ondervroeg Cabeza de Vaca en zijn gezellen in de hoofdstad Mexico en dit gesprek bracht Mendoza tot het besluit, een expeditie uit te rusten naar het N., die ook de mythische Straat Anian moest zoeken, welke de Atlantische met de Grote Oceaan heette te verbinden — een van de zeer weinige pogingen, de N.W. doorvaart over land te vinden. In 1540 werd dit plan uitgevoerd (z Coronado). De Vaca blijft belangrijk in de geschiedenis van de exploratie van Noord-Amerika als de eerste Europeaan die aan de rand van het gebied van de Grote Vlakte heeft gereisd. Hij was de eerste blanke die de Amerikaanse bison in zijn vrije staat zag, voor zover wij geschreven berichten hierover hebben.PROF. DR A. N. J. DEN HOLLANDER
Bibl.: La relación quo dió A. N. G. de V. de la acaescido enlas Indias (Zamora 1542, 2de dr.: La relación y comentarios, Valladolid 1555). Vert.: Narrative of A. N. C. de V., Transl. by B. Smith (Washington 1851), The Journey of A N. G. de V., transl. by F. Bandelier (New York 1905), Schiffbrüche, die Unglücksfahrt der Narvaez-Expedition nach der Südküste Nordamerikas in den Jahren 1528 bis 1536, übers. v. F. Term er (Stuttgart 1925).
Lit.: J. N. Baskett, A Study of the Route of Cabeza de V., in: The Quarterly of the Texas State Hist. Assoc. X (1907).