is het jaargetijde tussen de winter en de zomer. Op het noordelijk halfrond der aarde begint de lente op het ogenblik, dat de zon op 21 Mrt in de aequator komt te staan (in het zgn. lentepunt, of punt Ram) en zij eindigt op 21 Juni, wanneer de zon haar grootste noordelijke declinatie heeft bereikt.
Op 21 Mrt valt de zgn. voorjaarsnachtevening (dag en nacht zijn dan even lang); 21 Juni is de dag van het zomersolstitium, tevens de langste dag. Daar de lente bij ons in Mrt begint, wordt deze maand Lentemaand genoemd. Op het zuidelijk halfrond begint de lente op het ogenblik, dat de zon op 22 Sept. de evenaar passeert, en zij eindigt, wanneer de zon de grootste zuidelijke declinatie bereikt heeft. Daar duurt dit jaargetijde dus van 22 of 23 Sept. (Najaarsnachtevening) tot 21 of 22 Dec. (wintersolstitium, of kortste dag). In meteorologische zin plegen de maanden Mrt, Apr. en Mei als Lentemaanden aangeduid te worden.
