Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 17-06-2022

Aangeboren

betekenis & definitie

door erfelijkheid verworven, dus reeds bij de geboorte bemerkbare, of althans in kiem aanwezige eigenschappen. Ook in de betekenis van: door de vrucht tijdens zwangerschap of bevalling verworven.

Als wijsgerige term ook veel gebruikt in de strijd over de leer der aangeboren begrippen (z rationalisme en empirisme).Aangeboren afwijkingen zijn afwijkingen, die reeds bij de geboorte bestaan. Wanneer men de aangeboren ziekten (bijv. syphilis) uitzondert, dan vallen onder de aangeboren afwijkingen een zeer groot aantal abnormaliteiten van alle mogelijke organen, bijv. een hazenlip, een aangeboren hartgebrek, een oog- of oorafwijking enz.

De oorzaken dezer aangeboren afwijkingen zijn lang niet altijd bekend. Soms kan men aantonen, dat de afwijking erfelijk is, in andere gevallen kan men bewijzen, dat de afwijking het gevolg is van een ziekte van de moeder tijdens de zwangerschap. De wetenschap erkent niet de betekenis van het verzien, waaronder men verstaat, dat het kind abnormaal ter wereld komt, doordat de moeder tijdens de zwangerschap geschrokken is van het zien van een misvorming. Ook kennen de leken in den regel te grote waarde toe aan ongevallen, die de moeder heeft doorgemaakt tijdens de zwangerschap.

De betekenis van bepaalde ziekten tijdens de zwangerschap is in de laatste jaren bewezen doordat men heeft vastgesteld, dat de moeder, die gedurende de eerste 2-2½ maand van de zwangerschap rode hond (rubeolae) heeft doorgemaakt, grote kans heeft een kind ter wereld te brengen met een aangeboren afwijking (bijv. doofstomheid, cataract of een aangeboren hartgebrek).

PROF. DR E. GORTER.