Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

Gepubliceerd op 30-06-2020

handvat

betekenis & definitie

('hant) o. (-ten; -Je) al wat dienen kan om iets met de hand aan te vatten : een greep, hengsel, heft, kruk, oor, steel, is een -; het van een →: beitel, →: fiets, →: kan, koffiemolen, →: pers, →: ploeg, →: put, →: zaag, →: zeis, →: zweep ; alles heeft of alle dingen hebben twee -ten, alles kan of alle dingen kunnen van twee kanten beschouwd worden.

< >