Wat is de betekenis van handvat?

2024-04-16
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

handvat

(1956) (Barg.) mannelijk geslachtsdeel. ‘Een meid met een handvat’: een homoseksueel. • ‘Geef mij maar een vrouw met een handvat,’ zong de zeeman voor zich heen. (Simon Carmiggelt: Spijbelen. 1956) • (Enno Endt en Lieneke Frerichs: Bargoens Woordenboek. 1974) • (Geïllustreerde Encyclopedie van d...

2024-04-16
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

handvat

handvat - Zelfstandignaamwoord 1. handgreep, het deel van een voorwerp waarmee men het kan verplaatsen, optillen of anderszins hanteren Het handvat was afgebroken. 2. (verouderd) lampetkan, kan met water om de handen te wassen ... (nadat de dienaars 't handwater...

2024-04-16
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

handvat

handvat - zelfstandig naamwoord uitspraak: hand-vat 1. uitsteeksel waaraan je iets kunt vasthouden ♢ aan elke kant van de kist zit een handvat Zelfstandig naamwoord: hand-vat het handvat ...

2024-04-16
Atletiek- en turnwoordenboek

Jan Luitzen (2008)

handvat

(het; -ten, -en) 1 wo - greep, heft aan de staaldraad (van ongeveer een meter lang) dat aan de (slinger)kogel is verbonden en waarmee de slingerkogel bij het kogelslingeren opgepakt, rondgedraaid en weggeslingerd kan worden; het handvat moet onbuigzaam zijn en mag niet zijn voorzien van scharnierende verbindingen; het handvat, voorzien van een rech...

2024-04-16
Art & Architecture Thesaurus

Getty Research Institute (1990)

handvat

handvat - Delen van, of aanhechtsels aan voorwerpen om die er mee aan te vatten, te tillen, te verplaatsen.

2024-04-16
Erotisch woordenboek

Hans Heestermans (1977)

handvat

handvat - mannelijk geslachtsdeel.

2024-04-16
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Handvat

s.n., hânfet (it), hânsel (it), hânfetsel (it), oanfetsel (it), hantein (it); (aan schop, greep, kloet), hjelt; (op schaaf), toat; (aan stok van zeis), tôl.

2024-04-16
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

Wil je toegang tot alle 12 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-16
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Handvat

o. (-ten), HANDVATJE, o. (-s), handvatsel.