Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

Gepubliceerd op 03-02-2023

korten

betekenis & definitie

Helpen, baten, vooral in de verb. (dat is) niks gekort, dat helpt niet, (dat is) vergeefse moeite, dat doet niets ter zake. Ondertussen probeerde de oude man ... een vuurken aan te maken.

Pitjevogel, die zag dat het niet ging, vroeg bereidwillig: „Wil ik u helpen?” „Het kort niets, het is nat hout,” antwoorde de man, TIMMERMANS z.j. b, 15.S. was nog maar een jaar of zeven toen hij eens leelijk om zijn ooren kreeg en begreep dat het voor hem niets gekort was van te schreeuwen, WALSCHAP, Volk 71 (1941).

De pastoor komt elke dag, maar wat is ’t gekort?... Hij wil hem nog niet zien, OP DE BEECK 1947, 12.

< >