(23 Juli 1785), verbond tussen Frederik II de Grote van Pruisen, de keurvorsten van Hannover (Engeland) en Saksen en een groot aantal kleinere Duitse vorsten (Weimar, Gotha, Palts-Tweebruggen, Brunswijk, Baden, Ansbach, Hessen, Anhalt, Mecklenburg en Mainz) tegen keizer Jozef II, gesteund door Rusland. De aanleiding was het plan van Jozef en van keurvorst Karel Theodoor van Beieren, om deze laatste de Zuidelijke Nederlanden te verschaffen, waartegen Beieren aan Oostenrijk zou komen.
Men vreesde, dat daardoor het evenwicht tussen de Duitse mogendheden ten gunste van Oostenrijk verstoord zou worden. Jozef gaf zijn plan op. Ten onrechte heeft men in de 19de eeuw in de Vorstenbond een poging willen zien om het Duitse rijk in Klein-Duitse zin en om Pruisen heen te reorganiseren. Integendeel was de bedoeling van de Vorstenbond niets anders dan de bestaande desorganisatie van het Duitse rijk te handhaven.Lit.: F. Meinecke, Weltbürgertum und Nationalstaat (1907).