naam van enige Romeinse keizers.
Valentinianus I
(Cibalae, Pannonië, 321 Brigetio, Pannonië, 17 Nov. 375 n. Chr.), onder Julianus tribuun van de lijfwacht, werd 26 Febr. 364 na de dood van Jovianus door het leger tot keizer uitgeroepen. Zijn broeder Valens benoemde hij tot medekeizer voor het oostelijk deel van zijn rijk. Hij moest zich hoofdzakelijk bezighouden met het beschermen der grenzen tegen de invallen. Hij werd opgevolgd door zijn zoon Gratianus. Veel wetten ten gunste van de Christenen heeft Valentinianus gegeven, maar tegen gewelddadige onderdrukking van het heidendom verzette hij zich.
Valentinianus II, Flavius
(Trier 371 Vienna 15 Mei 392 n. Chr.), zoon van de voorgaande, werd door zijn broeder Gratianus, die Valentinianus I was opgevolgd, als medekeizer erkend, hoewel hij nog zeer jong was (375). Zijn moeder Iustina voerde echter de regering voor hem. Als zijn aandeel werden hem Italië, Illyrië en Africa toegewezen. Toen Magnus Maximus ca 384 Gratianus onttroond en vermoord had, moest Valentinianus hem als Augustus erkennen. Valentinianus werd desondanks door Maximus uit Italië verdreven, maar Theodosius I overwon en doodde deze en herstelde Valentinianus in zijn macht (388). De Frank Arbogastes, die Gallië voor de keizer bestuurde, raakte met hem in conflict en liet hem in 392 vermoorden.
Valentinianus III, Flavius Placidus
(Ravenna 2 Juli 419 - Rome 16 Mrt 455 n. Chr.), zoon van Constantius III en Galla Placidia, zuster van keizer Honorius. Toen deze in 423 stierf, maakte Johannes, een hooggeplaatst ambtenaar, zich van de regering meester, doch vond slechts geringe aanhang. Door toedoen van generaals van de Oostromeinse keizer, Theodosius II, werd Valentinianus keizer van het Westromeinse rijk, terwijl zijn moeder regentes werd (425). Tijdens Valentinianus’ zwakke regering verwoestte de strijd tussen zijn generaals Aëtius en Bonifacius het rijk. Afrika ging verloren aan Geiserik, Brittannië werd door de Saksen veroverd. In 451 overwon Aëtius de koning der Hunnen Attila. Valentinianus liet Aëtius echter in 454 ombrengen, maar werd zelf vermoord door Petronius Maximus.
Lit.: E. Stein, Gesch. des spatröm. Reiches I (1928); Pauly Wissowa, Real-Encycl. der class. Altertumswiss., 2. Reihe, VII (Stuttgart 1948), i.v.