Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 06-08-2022

Thule

betekenis & definitie

(1), naam van een door Pytheas ca 330 v. Chr. ontdekt eiland in de Atlantische Oceaan, dat voor het noordelijkste punt van de bekende wereld gold.

Uit de mededelingen over de zonnestand mogen wij afleiden, dat daarmede bedoeld is een gedeelte van de Noorse westkust ten N. van Bergen. Volgens Tacitus zou een Romeinse vloot onder Agricola in 84 n. Chr. Thule uit de verte hebben gezien. Het woord Thule of Ultima Thule gebruikte men vroeger graag voor Ijsland. In het algemeen verstaat men er wel onder een verafgelegen land.Lit.: F. Nansen, Nebelheim, I (Leipzig 1911), blz. 47-76; R. Hennig, Terrae incognitae, I (Leiden 1944), blz. 155-182,380-382.

(2), een sinds 1910 bestaand Eskimohandelscentrum op de westkust van Groenland aan de Baffinsbaai op 67° N.Br., met 300 inw. (Eskimo’s). Hier hebben de Amerikanen in 1946 een aanvang gemaakt met de aanleg van een militaire luchtbasis (360 km2) met bijbehorende barakkenstad (Blue Jay), in 1953 bewoond door 6000 mannelijke Amerikanen, die geen contact mogen hebben met de inheemse bevolking. In de toekomst zal het een belangrijk vliegveld worden voor het gewone luchtverkeer tussen de V.S., Rusland en Azië via het Noordpoolgebied.