Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 06-08-2022

Thomas becket

betekenis & definitie

aartsbisschop van Canterbury, heilige der R.K. Kerk (Londen 21 Dec. 1118 - Canterbury 29 Dec. 1170), was de zoon van een te Londen gevestigd Normandisch koopman.

Hij was een bekwaam jurist (studie o.a. te Bologna); de aartsbisschop van Canterbury Theobald vaardigde hem meermalen naar Rome af. In 1155 werd hij kanselier van de jonge koning Hendrik II, die hij met toewijding diende (waarbij hij niet steeds de rechten van de Kerk ontzag). In de verwachting met Becket’s hulp de geschillen tussen Kerk en Staat bevredigend te kunnen oplossen, bewerkte Hendrik II in 1162 zijn verheffing tot aartsbisschop. Thomas Becket, tot dusver een vrij werelds geestelijke, ontving nu eerst de priesterwijding en legde het kanseliersambt neer. In zijn nieuwe hoedanigheid betoonde hij zich een onbuigzaam verdediger van het meest extreme kerkelijke standpunt. Reeds in 1163 geraakte hij met de koning in conflict, o.a. over de vraag of misdadige geestelijken, na veroordeling door een kerkelijke rechtbank, door de wereldlijke overheid gestraft mochten worden. Nochtans berustte hij, noodgedwongen, in de Artikelen van Clarendon (1164), doch weldra verzette hij zich met kracht tegen deze bepalingen. Hendrik II trachtte Becket door een proces wegens verduisteringen, gepleegd tijdens zijn kanselierstijd, te breken, en de aartsbisschop, wiens medebisschoppen merendeels zijn agressiviteit afkeurden, nam de wijk naar Frankrijk, waar zijn verblijf tot internationale verwikkelingen aanleiding gaf. Hij sprak de ban uit over zijn tegenstanders en verdedigde de pauselijke suprematie met groter felheid dan paus Alexander III zelf raadzaam achtte. Tevergeefs trachtte zijn vriend Johannes van Salisbury hem tot matiging te bewegen. Na zes jaren kwam een zekere verzoening tot stand en keerde Becket uit de abdij van Pontigny (Bourgondië) in Engeland terug, waar hij terstond een aantal bisschoppen opnieuw in de ban deed. In zijn woede hierover sprak de koning ondoordachte woorden, die voor vier ridders aanleiding waren naar Canterbury te reizen en de aartsbisschop in zijn kathedraal te vermoorden, vóór een nagezonden bode dit had kunnen beletten. Na zijn dood genoot Thomas Becket, als martelaar voor de vrijheden der Kerk, een groter populariteit dan hem bij zijn leven ten deel was gevallen. Reeds 21 Febr. 1173 volgde zijn heiligverklaring. Feestdag 29 Dec.De verering van de Heilige Thomas van Canterbury verbreidde zich over geheel Europa en de pelgrimage naar zijn graf werd een van de meest geliefde bedevaarten, tot Hendrik VIII in 1538 hieraan door vernietiging van het schrijn met zijn gebeente een einde maakte. Hendrik II verzoende zich in 1172 te Avranches met de Kerk. Enkele punten van Clarendon gaf hij prijs, maar voor het overige bleef het koninklijke gezag over de Engelse Kerk gehandhaafd.

DR A. G. JONGKEES

Lit.: J. G. Robertson (ed.)» Materials for the History of Th. B. (7 dln, 1875-1885); L. B. Radford, Thomas of London (1894); W. H. Hutton, Th. B. (2de dr. 1926); Z. N. Brooke, The English Church and the Papacy (1931); Idem, The Effect of B.’s Murder on Papal Authority in Engl. (in: Cambr. Hist. Journ. II. 1928, blz. 213-228); M. D. Knowles, Archbishop Th. B., in: Proceed. Brit. Acad. (1950); Idem, The Episcopal Colleagues of Archbishop Th. B. (1951); A. L. Poole, Fom Domesday Book to Magna Charta (1951), blz. 196 vlg.: P. A. Brown, The Development of the Legend of Th. B. (diss. Philadelphia 1936); T. Borenius, St Th. B. in Art (1932).

< >