Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 17-10-2024

SPOTPRENTEN

betekenis & definitie

noemt men prenten, d.w.z. reproducties van tekeningen, die personen, groepen of gebeurtenissen door middel van spot bestrijden. Zij zijn op deze wijze door de eeuwen heen een spiegel geweest van de critische kijk op wat er in de wereld omgaat.

De vroegste waren meestal tegen de zeden gericht, daaronder zijn er op zonden zowel als op dwaasheden, zoals het vrijen van een oude man om een jong meisje en omgekeerd van een oude vrouw om een jonge man, op de helleveeg, enz. Een vroeg en veel behandeld onderwerp waren de buitensporige modes, die meestal op felle wijze worden gehekeld als tekenen van zedeloosheid. De eerste politieke spotprenten verschenen in Frankrijk in de 16de eeuw en deze soort kwam ongeveer een eeuw daarna ook in Nederland tot ongekende bloei. Gedurende het Twaalfjarig Bestand (1609-’21) spraken beide partijen zich met heftigheid op deze wijze uit.Van internationale betekenis werd de Nederlandse spotprent, die vooral in Engeland veel was nagevolgd en ook gebruikt om de Nederlanders zelf te bestrijden, tijdens het verzet van Engeland en de Nederlanden onder de Koning-Stadhouder tegen de politieke heerszucht van Lodewijk XIV. De belangrijkste Nederlandse meester van de karikatuur in deze tijd was Romeyn de Hooghe, terwijl in Engeland William Hogarth zich in dit genre onderscheidde.

Een der vruchtbaarste onderwerpen van de spotprent in Nederland was in de laatste helft van de 18de eeuw de tegenstelling tussen de Patriotten of Keezen en de Prinsgezinden. Deze prenten waren meestal grof van toon, maar vaak niet zonder geest. Het spreekt wel van zelf dat het wapen dat de spotprent kan zijn veelvuldig wordt gehanteerd gedurende buitenlandse oorlogen. De prenten van James Gillray en Thomas Rowlandson tegen Frankrijk en in het bijzonder tegen Napoleon waren een grote macht tegen diens imperialistisch streven en hielpen het moreel van het Engelse volk op peil houden. Behalve Engelse, waren ook Duitse en Russische spotprenten tegen de overweldiger belangrijk. De Nederlandse daarentegen waren schaars en van geringe kunstwaarde. Het aantal van de Nederlandse spotprenten uit de tijd van de Belgische afscheiding is eveneens niet groot en de kwaliteit er van is gering.

Ook bij latere oorlogen heeft de politieke spotprent, nu niet meer op losse bladen, maar in dagen weekbladen verschijnend, een grote plaats in de openbare belangstelling ingenomen. Behalve de binnenlandse politiek (Honoré Daumier, „Punch”, „Simplicissimus”) en de mode, die altijd de tekenaars stof tot spotprenten hebben geleverd, noemen wij onder de vele andere verschijnselen, die daartoe hebben geïnspireerd o.a. de dwaze tulpenhandel uit de 17de eeuw, de actiën-zwendel van John Law in de 18de eeuw, de koepokinenting in het begin van de 19de eeuw, het beroep van advocaten, artsen en kwakzalvers, de homoeopathie en in bescheidener mate kunst- en cultuuruitingen en -uitwassen, alsmede technische uitvindingen.

CORNELIS VETH

Lit.: Thomas Wright, Hist. of Caricature and the Grotesque (London 1864); Idem, Caricature Hist. of the Georges (London 1867); Champfleury, Hist. de la Caricature, 5 dln (Paris 1867); J. Grand-Carteret, Les Mœurs et la Caricature en Allemagne (Paris 1885); Idem, Les Mœurs et la Caricature en France (Paris 1888); G. Everitt, English Caricaturists of the 19th Cent. (London N.Y. 1893); Ed. Fuchs, Die Karikatur d. Europ. Völker (1908); J. v.

Kuyk, Oude Spotprenten (1940); F. D. Klingender, Hogarth and the English Caricature (London 1945); C. Veth, Gesch. v. d. Ned. caricatuur (1921); Idem, Een eeuw Ned. caricatuur (1941).

< >